zaterdag 28 december 2013

Charlie en Wolfgang

Toen wij hier ruim twee jaar geleden kwamen wonen, in Het Dorp, was ik vol goede verwachtingen. Hallo, Bloémendaal. Nette mensen, leuke huizen, nogal veel The North Face jassen helaas, maar gelukkig ook veel wijn dacht ik zo. Bleek veel van te kloppen natuurlijk. Wist ik wel.

Nu woon ik niet in een van de villa's waar dit Dorp nogal in grossiert, maar in een nogal normaal wijkje, eigenlijk het énige normale wijkje in gans Bloemendaal.

Ze doen hier niet aan straten, maar alleen maar in Lanen en alles. Wij wonen ook niet in een ordinaire straat, neen, in twee Namen. Heel boeiend en grondsoort-esque en natuurlijk en alles. Dat klinkt meteen al leuk he.

Op dag twee hier, ontmoette ik meteen de Dorpsgek. Die heb je overal wel natuurlijk, maar bij ons woont hij ook echt tegenover ons. Met zijn vrouw, die ook niet bepaald het toonbeeld van intelligentie en klasse is. Dat klinkt natuurlijk allemaal niet zo aardig, maar het is wel waar. Nu ben ik zelf ook niet bepaald het toonbeeld van enig degelijk fatsoen, mag ik toch hopen, maar zij gaat wel een stapje verder hoor.

De eerste tijd negeerde ik de overburen compleet. Ze wonen, heel Bloemendaal-achtig ook méters van ons vandaan hoor, maar kom ze toch steeds tegen. Ik hou ergens wel van een beetje rare mensen, maar ergens ook weer niet, té raar vind ik griezelig.
En zo zei ik tegen de Zonen, dat ze eigenlijk maar beter niet met ze moesten praten.
'Kinderen, praat maar niet met die mensen weet je wel, die ene. Als ik er niet bij ben.'

Zoon1: 'Die gekke mensen?'
Zoon2: 'Welke gekke mensen?'
Ik: 'Neenee, niet gékke mensen. Dat mag je niet zeggen.'
(...)
Ik: 'Maar ja. Die ja.'

Enige tijd later liep ik zo eens rond, op zoek naar Zoon2, die in de buurt aan het kijken was of Vriend1 misschien in de speeltuin was, en kwam het schrikbarende beeld tegen, van Zoon2, HAND IN HAND, met Gekke Overbuurman1.
'Raaahhh, Zoon2, kom maar hiiiiieeer liefje!' Deed ik zo'n beetje gillend maar verder heel kalm.

Nu wil het feit, dat zij-van-de-overkant een kat hebben, die Charlie heet. En die laten ze 28 keer per dag uit, wat inhoudt dat ze het beest loslaten en er zelf zo'n beetje achteraan sloffen, voortdurend zijn naam roepend. Hij schijnt ook een koninklijke onderscheiding te hebben, Charlie, en met het hiernamaals te kunnen overleggen. Allemaal heel boeiend.

Vaak sta ik op mijn balkonneke te roken denken, en dan komen ze weer voorbij met de uitlaatservice en tegenwoordig roep ik dan van 'halloooo' want ik ben inmiddels de humor er van gaan in zien, en dan krijg ik regelmatig een heel verhaal, over diverse onbegrijpelijke dingen des levens, waar ik dan zo'n beetje op reageer. Ik vind de man ook een beetje zielig, en best wel sympathiek ergens. De vrouw kan ik niet uitstaan. Zij heeft heel vies haar, een afgrijselijke kledingsmaak en ze is bovendien buitengewoon RAAR. En niet op een leuke manier. Ik zie haar ook elke ochtend, om 07.45 érgens vandaan komen fietsen. Wáár kom je vandaan op dat tijdstip? Als je niet nachtverzorgende bent of iets. En dat is zij zeker niet. Dat intrigeert mij dan he. Maar ook weer niet dat ik het haar vraag, want ik praat liever niet met haar. Lastige kwestie.

Hoe dan ook, ging ik vanmiddag met de jongens boodschappen doen. Wij waren zo doende met de fietsen en alles in onze voortuin, toen zij-van-de-overkant weer aan kwamen wandelen. Echter, riepen zij niet:'Charliiieeee' maar: 'Wolfgaaaaaang!'

'Euh?' Dacht ik.

Dus, geheel tegen mijn principe in, ging ik het gesprek aan zeg.

'Hela. Hebben jelui een nieuwe kat?' Deed ik enorm geïnteresseerd.
En daarna dacht ik; oeiiiiii. Want ze stopten met de wandeling en kwamen zo heel olijk onze tuin binnen. Ik zag Zoon1 al kijken. Die weet meestal wel wanneer zijn moeder iets doms van plan is, maar kon het dit keer niet meer voorkomen.

'Ja nee, wij hebben áltijd al twee katten.' Hoorde ik.

'Oh. Ik dacht alleen Charlie.' Zei ik alweer een beetje minder enthousiast.

En wat bleek zeg. Ze hebben al heeeeeel lang (twee dagen) een andere kat. Die kwam aanlopen. En Wolfgang heet. Dat had hij namelijk even verduidelijkt. De kat.

'Ach. Wat énig.' Fietste ik snel weg, onderwijl nog even Zoon2 achterop hijsend en Zoon1 toesprekend dat hij dit keer even niet van zijn fiets moest vallen.

En zo dacht ik later, dat het toch geen wonder is, al die vermiste katten in de buurt.

Maar zolang Zoon2 inmiddels heel goed weet wat ik bedoel, als wij ons wekelijkse vraaggesprek voeren;

Ik: Kind, je mag wel naar buiten, maar je mag noooooit met andere mensen mee gaan he!
Zoon2: Nooit?
Ik: Alleen met Zuske, opa en oma, Vriendin2 en Buurman1 en de oma van Vriend1.
Zoon2: Ok.
Ik: En als iemand zegt: Hela kindje, ik heb baby honden en snoep en roze prinsessenjurken in mijn huis, kom je mee?
Zoon2: Jeeeejj!
Ik: NEEEEEE DUS!
Zoon2: Weeehhhh.
Ik: Ok. Sorry. Maar nee.
Zoon2: Ok.
Ik: Je weet wat ik bedoel?
Zoon2: Niet met die mensen praten die jij niet leuk vindt, met poes Charlie.
Ik: HEEL GOED. KNAPPE JONGEN.
Zoon2: Doei. Gekke lieve mamma.
Ik: Weehhhh.

Maar nou ja, zoals mijn moeder zou zeggen: de grootste gek is ongevaarlijk.

Ik ga Wolfgang in elk geval een beetje in de gaten houden. Arm beest. Die komt natuurlijk éigenlijk uit een villa.














maandag 23 december 2013

Wat ík toch allemaal kan hebben zeg.

Ho ho ho (mhihihi) wat heb ik het druk!
Er gebeuren hier dingen, dat is toch waarlijk niet te geloven.

Ik gaf een diner. En toen nog eentje. En de eerste was voor 30 kinderen en de tweede was voor 7 vrinden. En bij de eerste ging het om limonade en bladerdeeghapjes en bij de tweede ging het om carpaccio, kalkoen en ananas-met-drank en nogal wat wijn zeg hee.

Zoon1 had zijn kerstdiner op school, en omdat ik Klassemoeder ben en alles, was ik er nogal doende mee. Booooodschappen, en maaaaaiiiltjes en kannen voor limonade en honderd kilo komkommer en nogal wat kippenpootjes en allemaal lieve moeders die eten en soep hadden gemaakt en mensen in mooie jurken en kindertjes in blousejes. Ja, allemaal zo fraai.

Ik moest daarna wel nodig aan de wijn zeg. Want ik stak ook nog 55 kaarsjes aan en Echtgenoot kwam binnen met het ijs-toetje en riep: 'HIER IS HET IJS!' Terwijl het een verrassing had moeten zijn. Maar hee. IJs is ijs, voor kinders, nietwaar.

En de dag verliep nogal in een chaos. Want ik had zoveel te dóen en de Zonen moesten allebei in een feestkleertje en ze wilden nog een presentje voor de juffen maken, maar ik had alles onder controle hoor. Voelde me Klassemoeder waardig ja. En toen keek ik zo:









Vlak daarna echter, ontdekte ik dat ik de kleertjes van de jongens nog moest strijken. En was ik vergeten of ik nou eigenlijk die soep wel allemaal geregeld had, of het mailtje niet had beantwoord. En toen keek ik zo:









Onmiddellijk daarna gooide Zoon2 zijn drinken om, op zijn schone broek. Dacht ik even dat het al 17.00 uur was én dacht ik te zien dat er geen wijn in de koelkast lag. Toen keek ik dus zo:









Maar hee, toen kwam Echtgenoot thuis, kon ik zomaar in één keer mijn glittertruitje vinden én bleek ik mijn zwarte jasje nog te passen, waar ik zeer content mee was, en toen keek ik weer zo: (ook al omdat ik me ineens bedacht dat er glühwein geschonken zou worden) (In nopjes, zoals u ziet. Zo ben ik dan ook wel weer)









Kortom, emotie allover.

Het diner voor de vrienden verliep allemaal wat makkelijker, omdat ik namelijk niks anders hoefde te doen dan wijn en bier in grote getalen aanschaffen, glitters op tafel te draperen en Zoon1+2 naar opa en oma te brengen. Was ik allemaal uitstekend toe in staat.

Het werd een dronken bedoening, mensen. Aiii.. Maar ook dat kan ik goed hebben. En de rest ook wel. Daar zijn we vrinden voor he.

Als klap op vuurpijl werden er maar liefst twéé baby's geboren. Van mijn favo mensen op aard'. Favo-ex kreeg een Zoon1 en Vriendin3 kreeg een Zoon1. En als ik toch érgens blijde van word...nieuw geluk voor lieve mensen, heel erg gewenst nageslacht, zo gegund en zo lief en mooi. Ik kon wel janken zeg.

Daarom zit ik nu met verf in mijn haar, want ik moet toch mijn gevoel kwijt he. Ik schenk er een wijn bij, en vroeg aan Echtgenoot wat hij zoal voor mooie voornemens heeft voor het Nieuwe Jaar straks.
Wat hij toen zei, bracht tranen in mijn ogen hoor. Van ellende. Een Sixpack, wenst de man. Nu kan dat zomaar over een paar weken een geitje zijn hoor, voor in de tuin, of misschien een opleiding tot fietsenmaker, maar het zal hoe dan ook allemaal weer roerig verlopen. Kan ik hebben hoor.

maandag 9 december 2013

Nu moet ik zeker een regenpak aan. Weehhh.

Mensen, ik kon wel janken vandaag!
En dat is op zich niet helemaal mijn stijl, dus het is mij daar wat, ik schrok er zelf van.

Zat daar mijn Zoon2 de ganse middag met een roze beker en een roze bakje in zijn knuistjes zeg. Ik vond het om te brúllen.

Namelijk, het kind gaat morgen voor het eerst naar school, om te wennen. Omdat hij over drie weken vier jaar wordt. De Grote School, zoals hij zegt.
En we zíjn er mee bezig...eerst al toog ik twee weken geleden naar zijn toekomstige juf om eens te informeren wanneer hij dan mocht komen. Dat vond hij al wat he, de klas in en alles.
Vervolgens kwam er met de post een kaartje van zijn beide juffen, met de uitnodiging voor drie 'wenmomenten' Shovellist waarvan de eerste dus morgenochtend is.

Het is in principe niks dan positiefs, allemaal. Zoon2 is straks Groot, en gedraagt zich dientengevolge gestaag steeds fatsoenlijker. Gaat soms zelf naar de wc, zonder dat hij op hoge toon eist dat iemand zijn broekje naar beneden doet, wat ik eigenlijk graag doe, omdat ik dan in zijn lekkere billetjes kan knijpen, zet zijn bordje netjes in de keuken, 'omdat grote kinderen dat doen' en doet tegenwoordig ook zélf zijn jasje uit als we binnenkomen, ook al omdat hij vindt dat dat iets Groots is. Het zijn kleine dingen, maar in mijn leven vind ik ze persoonlijk nogal prettig, zo door de dag heen.

Vanmiddag gaf ik hem plechtig zijn nieuwe school equipment.

Ik: 'Jongen, kom jij eens bij mamma?'
Zoon2: 'Neen. Dora is nog niet afgelopen'
Ik: Ja hallo, dan zet je het op pauze'
Zoon2: 'Maar Boots is nog bezig met iets belangrijks'
Ik: 'Oh. In dat geval, wacht ik rustig nog even hoor. Geen enkel probleem nee'
Ik: 'HALLO, KOM JE NOG? ZET DIE VERDOMDE DORA NOU AF!'
Zoon2: 'Zeg. Als je zo schreeuwt hoor ik niet wat er gebeurt!'
Ik: 'Oh sorry hoor'
(...)
Zoon2: 'Dag mammie, hier ben ik'
Ik: 'Dag kind. Ik heb wat voor je'
Zoon2: 'Is het snoep?'
Ik: 'Neen'
Zoon2:'Is het roze?'
Ik: 'JA!'
Zoon1: * rolt met ogen *
Zoon2: 'Wat iiiiiis het?'
Ik: 'Oogjes dicht, dan heb ik een verrassing!'
(...)

En ik gaf hem, in zijn uitgestoken handjes, een roze drinkbeker en een roze bakje. Waar ik 'Zoon2' op had geschreven.

Ooh maar dát vond hij mooi. Ik kreeg een kus en nog een kus en ik moest zijn tas gaan halen, die we hebben uitgezocht als schooltas en de rest van de dag liep hij met in de ene hand zijn beker, en in de andere zijn bakje. En ik keek dat zo eens aan.

Huilerig zat ik later aan het diner. Muhuuu, zei ik tegen Echtgenoot. Ik heb straks geen kind meer thuis. Ik heb ACHT JAAR een kind thuis gehad en straks niet meer. Echtgenoot keek mij zo eens aan en knikte zo wat. Meewarig, zou ik haast zeggen.
Zoon1 wilde de fijne details van de acht jaar weten en concludeerde dat ik acht jaar MIN 2 dagen een kind thuis had gehad. Omdat hij namelijk destijds naar school ging toen ik nogal zwangert was, en ik pás twee dagen later Zoon2 kreeg. Hij keek er bepaald wijsneuzig bij vond ik.
Zoon2 staarde ondertussen dromerig naar zijn nieuwe spulletjes en wreef zo wat zout in de wonde, door met zijn stemmetje te vertellen dat ik hem erg zal missen, maar dat hij heus weer thuiskomt, als de school klaar is.

En ik kon niet anders dan denken, dat het voorbij is met de kleinigheid hier. Vond ik de jaren van Zoon1 maar bepaald langzaam voorbij gaan, en was ik er wel klaar voor, dat hij naar school ging toen, bij Zoon2 is het allemaal veel sneller gegaan. Mijn baby gaat naar school en zal rap net zo opgroeien als zijn broer. Vriendjes, vriendinnetjes, afspraken, en ik moet voortaan in mijn eentje boodschappen doen, waarbij ik dan geen reden meer heb om alles wat ik denk hardop te zeggen.
Zit voortaan grotendeels alleen op de fiets en zal in mijn hoofd liedjes moeten zingen. Ga bij mijn moeder op de koffie zonder eindeloos spelletjes te moeten doen, wat eigenlijk wel prettig is, maar potdikke ook zo ongezellig, op de terugweg. Natuurlijk zal alles veertien keer sneller gaan, zal het ergernis en gedoe schelen, maar ook verlies ik misschien wel mijn relaxedheid. Die ik juist zo heb geleerd door de kinders. Haasten heeft bijna nooit zin. Heel druk doen ook niet. Fietsen in de regen is samen een stuk leuker, ook al omdat het altijd belangrijker is dat het kind droog blijft. Nu moet ik zeker in een regenpak.

Maar morgen schenk ik blijmoedig twéé bekers vol limonade en schil twéé appeltjes. En breng het kind weg naar zijn nieuwe leven.

WEEEEEEEEEHHHHH.

woensdag 4 december 2013

Sinterklaas en het verbrijzelde been.

Wat dramatisch vertoon is bij ons thuis niemand vreemd, zo merkte ik wel weer.

Zoon2 speelt dagelijks dat hij Sinterklaas is, waarbij hij veelvuldig in zijn handjes wrijft, krom loopt met een denkbeeldige staf en met een lage stem bromt dat 'Kristel heus lief is geweest'. Nadat hij snoep heeft gekregen. Niet als Zoon2, maar als Sinterklaas, natuurlijk. Drie minuten later komt hij recht-ruggig aanspringen en meldt dat 'Zoon2 weer terug is!' En eist vervolgens ook snoep voor zichzelf. Bij weigering ben ik helegaar niet lief meer en stort hij zich wenend op de bank in de armen van Hond1.

Úren vermaakt hij zich hiermee. Ik krijg niks meer gedaan zeg.

Gisteren was Zoon1 'heel erg ziek' zo vertelde hij mij met een aan lethargisch grenzend voorkomen vanuit zijn bed. Ik bevoelde zijn voorhoofd, keek niet echt alsof ik onder de indruk was, waarop hij een luidruchtig gehoest liet horen, waar hij duidelijk zijn best op deed. 'Jamaar, dan mis je van alles op school?' Boorde ik zijn zwakke punt aan. 'Jaa, ik vind dat ook heel erg, maar ik ben echt heus heel ziek en alles' zo kwijnde hij.
Alla dacht ik, en belde de school op om het kind ziek te melden. Ziek, moe, whatever ook. Kan me de drukte op school en in hoofd wel voorstellen.
En omdat hij echt waarlijk nogal overtuigend in bed bleef liggen, kwam ik toch maar met de thermometer aanzetten (niks aan de hand) en serveerde ontbijt op bed.
De rest van de dag bracht hij afwisselend vrolijk en amechtig door op de bank en aan tafel, ontwierp een spelletje met maar liefst 12 levels waarbij ik het genoegen had deze diverse malen te mogen zien.. en dronk een aanzienlijke hoeveelheid limonade.
Toen ik opmerkte dat hij zich zeker wel wat beter voelde? Nadat hij mij nogal een grote mond gaf, liet hij weer zijn cholera-esque hoest horen en zeeg op de bank neer met een gekweld gezicht.

Vandaag was hij weer op school natuurlijk.

Vanmiddag togen wij naar de bibliotheek, Zoon1 op zijn Spacescooter. Omdat wij net daarvoor de laatste details aan zijn surprise hadden voltooid, was hij goed geluimd en sprak honderduit over iets, wat ik niet echt hoorde omdat Zoon2 achterop de fiets weer het Ik Ben Sinterklaas - toneelstuk opvoerde. En toen hoorde ik een klap en nogal veel geschreeuw. Keek achterom en zag Zoon1 languit op het fietspad liggen, naast de stepachtige.
'Oei kind toch, sta maar gauw op' deed ik niet al te ongerust. Want geen bloed te bekennen he.
Bruuuuullend kwam Zoon1 naar mij toe, met een sleepbeen, en ik zág gewoon de woorden 'krukken, verband, ziekenhuis' in zijn ogen staan.
Ik klopte op zijn hoofd, gaf hem kusjes en zag al wel dat het allemaal zo erg niet was.
'Welnu, hupsa, op de step schat, dan gaan we verder'

'Kan ik niiieeeet. Ik kan NIKS meer. IK ZAL NOOIT MEER KUNNEN LACHEN' zo stond hij daar op straat.

'Maar hee, wat is daar nu allemaal aan de hand, wat schreeuw jij daar nu eigenlijk?' Wilde Sinterklaas bij mij achterop graag weten.

'HAHAHAHAHAHA, je lacht nóóit meer?' Bulderde ik.

'Ik haaaat jou, jij gelooft mij zeker weer niet he???' Was Zoon1 briesend.

'Wees maar niet ongerust, ik heb pepernoten gekoopt voor pakjesavond.' Zo verhaalde Sinterklaas.

'Kom aaaaaan nou, het gaat regenen!' Was ik er zat van.


En zo waren wij uiteindelijk toch op weg, waar mij later in de bieb opviel dat het slepende been van Zoon1 niks meer vertoonde van verbrijzeldheid of iets.

Met zijn zware stem joeg Zoon2 de biebmevrouwen de stuipen op het lijf en ik las maar eens een Psychologie magazine, omdat ik toch het idee heb dat ik me hier en daar wat moet inlezen.

zaterdag 30 november 2013

Lik niet in mijn gezicht met je schijtbek!

Ja hoorrrr, de nageltjes zijn geknipt!

Niks nie mooie schaar, niks nie toversteen. Het waren harde woorden, NOGAL wat geschreeuw uit de mond van Zoon2 en het zweet op hoofd, in nek en op oogbollen van mij. Maar, mooie nette kleine voetjes.

Daarna was ik een 'Rot' en een 'Stomme lieve mamma!' maar dat kon later weer goed gekust worden. Tot de volgende keer maar weer.

Vlak daarvoor maakten wij onze huiselijke traditie mee, die heet: Hoe het schoen-zetten uitmondt in een oorlogsgebied. Heel gezellig allemaal.
Nadat de jongens de Schoen Kalenders in hun schoeisel hadden gedaan, en daarop was aangetekend door Piet wanneer ze de schoenen weer mochten zetten, was er eerst wat onvrede aan de kant van Zoon1. Namelijk mocht hij sinds vorige week zaterdag nog maar twee keer zijn schoen zetten tot pakjesavond, en in zijn klas blijken kinderen kennelijk véél zoeter te zijn, want die zetten bijkans daags de slofjes voor de haard. En waarom dat dan wel zo is?? Vroeg Zoon1 op hoge toon.
'Ja weet ik het. Zeur niet zo.' Wapperde ik het weg.

Maar het bleek afdoende. Soms is het allemaal simpeler dan je denkt.

En dus vanavond pakten ze hun schoenen, vulden deze met appels en mandarijnen, omdat hooi van mij niet meer mag, na het gedoe van de vorige keer toen ik vier dagen later nóg stukken hooi tussen de bank terugvond. en begon ik mijn betoog, want ik leer snel.
'Jongens. We zingen drie liedjes. Eentje mag Zoon1 bedenken, eentje Zoon2 en de ander pappa en ik. En we zingen allemaal mee.' (Dit nadat wij potdikke na 13 liedjes de vorige keer nóg niet klaar waren, volgens de Zonen. En na de andere keer, toen er grote ruzie ontstond, wié welk lied mocht bedenken, inzetten en of er bij gedanst mocht worden, of er meegezongen mocht worden..etc.).

Zo, dacht ik in mijn nopjes. Ik ben opvoedert en heb alles onder controle. Ha!

Maar toch, terwijl ik toch steeds oplette en helemaal niet afdwaalde of iets, ontstond er weer geschreeuw, gekrijs, ruzie, rondrennende Zoon2, woedende Zoon1 en Echtgenoot en ik die uitgeput op de bank zaten. En dat alles om een paar liedjes.

Zij wij de enigen bij wie dat zo gaat? Ik vrees van wel. Steek niet hand in eigen boezem. Het is me waarlijk een raadsel allemaal.
Dacht er nog even aan om geen cadeautje maar wel zuur gedichtje in schoen te doen. Van Sint heel in mineur, over al dat gezeur. Maar vind dat zielig, zo ben ik ook wel weer. Dus nou ja. Tot de volgende keer maar weer.


En wat betreft de schijtbek mensen, ik weet dat u met spanning wacht. Dat heeft te maken met Hond1. Die potdorie de hele tijd poep eet. POEP EET! De paarden hier in de omgeving hatselen altijd hun hele boel maar op straat, de hondenmensen in de buurt denken niet aan hun zakjes, (en dat in Bloémendaal!!) en de katten hier kakken ook maar wat af.
En Hond1 die vindt dat maar wát smakelijk zeg.
Daags komt Echtgenoot met braaksel in zijn mond thuis, vanwege omdat Hond1 weer een hapje heeft genomen van het een of ander excrement. Hij smult ervan, likt zijn lippen af, en springt daarna liefst op schoot om zijn liefde te uiten door middel van het likken in iemands gezicht.

Navraag leerde mij dat Hond1 niet een buitengemene hobby heeft. Honden doen dat. Wist ik serieus niet. Wist wel dat Hond van mijn ouders dat ook doet, maar dacht dat hij wellicht een bepaald hondensyndroom had, hij maakt ook varkensgeluiden immers. Weet ik veel.

En omdat vooral Echtgenoot het allemaal niet meer aankon, riep hij van de week de historische woorden: Lik niet in mijn gezicht, met je schijtbek!!!

Ik lachte daarom onbedaarlijk en best onbehoorlijk hard trouwens.
Gelukkig kunnen we dat altijd nog wel. Ondanks alle toestand zeg.





woensdag 27 november 2013

De Nagelknip Toversteen.

Vandaag wil ik het er even over hebben dat ik hier zo net genoeglijk in mijn keuken ging zitten met een wijn en de laptop en alles, en dat ik niet zozeer een onderwerp voor dit stukske had, eerst maar wel opeens maar liefst twéé titels. Ja, de dilemma's van de stukskesschrijvert. Het is alles verder een beetje goor verhaal, maar omdat ik verder normaal altijd zo zoet vertel, kan het wel.

Titel 1: De Nagelknip Toversteen.
Titel 2: Wil je niet mijn gezicht likken, met je schijtbek?

Ja, heel illustere titels. Helaas niks anders dan de waarheid.

Punt1 kwam vanmorgen ter sprake. Ik ging met Zoon2 op de koffie bij mijn moederke en terwijl wij het zo hadden over het aankomende Sintfeest, de idiote man die voorbij kwam fietsen, hoe wij de afzuigkap poetsen en de kippen van mijn moeder die alleen van witte druiven houden, vertelde ik tussen neus en lippen door, over de voetjes van Zoon2.
Het kind keek me vanonder zijn belachelijk lange wimpertjes reeds wantrouwend aan, maar daar trok ik me lekker niks van aan.

Het is namelijk zo, dat hij al een paar weken weigert zijn teennageltjes te laten knippen. Zo verhaalde ik. En natuurlijk heb ik alles al geprobeerd. Met lieve stem het honderddertig keer vragen. Woedend met de heggenschaar dreigen. Cadeaus en chocola in het vooruitzicht stellen. Hem in het hoofd prenten dat als hij nog langer wacht, ik de huisarts zal moeten bellen. Die hem dan zal beknippen. Óf met een mesje de nageltjes uit zijn teentjes zal moeten snijden.
Huiverend zag ik het allemaal voor me.
Zoon2 interesseert het niks.
Ik mimede dat ik de huisarts aan de telefoon had:

Ik: Hallo dokter? Heeft u de messen al scherp? Dan kom ik morgen even langs met Zoon2.

Waarop hij me aankeek, zei: 'Jij rot dat je er bent' en naar zijn kamertje vertrok. Mij achterlatend met een schuldgevoel, dat nergens voor nodig bleek te zijn.

Mijn moeder had de oplossing.
Zij vertelde vol smaak over het práchtige zilveren schaartje dat zij in het bezit heeft. En de Steen-Waardoor-Niks-Pijn doet.
Nu, daar had Zoon2 uiteindelijk dan toch wel, eventueel, enige interesse in.
En zo togen wij naar huis, met de schaar, met de steen, die Zoon2 doopte tot Toversteen. Als je die in je handje houdt, terwijl je moeder je nageltjes knipt, doet het wonderwel geen pijn! Oeh wat een mooi verhaal. Wij hadden het er de hele middag over.
En toen hij uit de douche kwam en ik aanstalten maakte tot het KnipMoment, zei hij: 'Nu, dat zien we nog wel he.' En liep weer weg.

Er is niks aan te doen. Hem vasthouden en het met geweld doen, is geen optie. Dus ik zal de komende dagen maar dooremmeren over de Nagelknip Toversteen.
Die in mijn portemonnee heel mystiek zit te zijn. En ik heb ondertussen elke ochtend last van de scherpe nageltjes tegen mijn benen, als hij knus naast me kruipt. Maar vooralsnog ben ik de enige die er last van heeft, kennelijk.
Misschien moet ik met de Steen in mijn knuistjes gaan slapen. Wat zou mijn moeder daarvan vinden.

Oh. De schijtbek? Dat komt morgen.




maandag 25 november 2013

De scheuren in mijn moederhart.

Zoon1 weet van Sinterklaas. Dat hij niet écht is. Dat heb ik hem verteld, omdat ik niet anders meer kon. Ook al brak mijn hart een beetje.
Vorig jaar al, begon hij wat vragen te stellen, over hoe het kon dat er elke keer een andere mijter op het hoofd van de diverse Sinten staat. Waarom de ene staf veel krulleriger is dan de ander. Hoe ze eigenlijk binnenkomen om schoentjes te vullen. Zulks.

Daar praatte ik me wel zo'n beetje uit, op meer of mindere educatieve wijze. En het geloof bleef in stand. Misschien met hier en daar een scheurtje, maar niks wat niet te plakken was met wortels in schoenen. Hoeraaaa, dacht ik aldus en pakte zo nog wat presenten in en strooide lustig in het rond met pepernoten en alles.

Dit jaar zag ik de scheurtjes groter worden. De vragen serieuzer en het gedrag allengs vervelender.
Zoon1 is zo'n type dat graag alles verklaard wil hebben. Antwoorden wil en uren van analytisch onderzoek niet uit de weg gaat. Dit gaat zo af en toe gepaard met driftbuien van bepaald schreeuwerige aard, maar ik snap hem dan wel. Hij houdt niet van half werk en wil gewoon alles weten en uitgelegd hebben.

Het liep een beetje de spuigaten uit. Eenmaal voor het Sinterklaasjournaal gezeten ('Met Diewertje Blok' brullen de Zonen dan in koor ) gelooft hij alles, zo lijkt het. Kijkt in spanning mee naar de Verdwenen Staf, roept verbolgen dat Echtgenoot en ik niet zo hard mogen lachen toen Sinterklaas op bepaalde wijze keek, toen Dieuwertje 'stout' was geweest, muhahha en stond in het weekend geduldig in de rij om den goeden Sint een handje te kunnen geven. Ook al had hij de verkeerde staf.

Maar de rest van de tijd was het boos en akelig en merkte ik aan alles dat er iets niet in de haak was. Las vervolgens op Facebook van ouders dat de helft van zijn klas inmiddels op de hoogte was en kon vervolgens dus wel makkelijk raden welke roddel er door de klas aan het zoemen was. Tot in de oortjes van mijn onschuldige Zoon1, die het allemaal dus al helemaal niet meer begreep.

De afgelopen dagen probeerde ik met hem te praten.

'Liefjeeeee, wil je soms wat aan mij vragen?'

'NEEEEE' kreeg ik liefdevol terug.

'Ik vind niks gek. En zal eerlijk antwoord geven. Bijvoorbeeld, als je wat over Sinterklaas wilt weteeeeen?'

'NEEE ga weg! Ik haat jou!' Was het antwoord van mijn nageslacht.

Dus. Dacht ik.

En de volgende dag net zo. Toen ik ook nog zo wat meierde over 'Gut, hoe denk jíj, mijn slimme zoon, hoe Piet bij ons binnenkomt?'
Was helemaal het hek van de dam.
Niks, wilde hij ervan weten. NIETS!

Maar ik wist dus al genoeg. Zo ben ik dan ook wel weer he. Vóór ik wijn op had ook nog. Helderheid alom zeg.

En gisterenavond lag hij in zijn kribbe en vleide ik me er zo'n beetje naast. En begon maar weer het gesprek. Dat ik hem wat wilde vertellen, een Geheim. Welnu, ondanks alles zag hij dat toch wel zitten.

En ik zei. Dat Sinterklaas ooit wel bestaan had, een échte. En dat dat alles reuzeleuk was en dat iedereen en alles maar cadeaus kreeg en dat dat nogal lang geleden was, héééél lang geleden. 'Toen jij een kind was?' Vroeg het kind opgewekt.

Nog véél langer geleden ja, hoor. Zei ik.
Maar dat de Sinterklaas die wij nu op tv zien. Iemand is die zich verklééd. Als Sinterklaas. Dat het niet echt is.
Dat wij de cadeaus in de schoen stoppen.

Ik zag hem bepaald verdrietig worden, van zulks een onrecht en leed. En ik werd een beetje misselijk.

En toen vertelde ik, dat ik ook iets van 8 jaar was, toen ik merkte dat het allemaal een beetje een grapje was. Een sprookje. Niet om iedereen expres voor de gek te houden, maar omdat het zó'n leuk feest is voor kinderen en iedereen, dat het zonde was om ermee te stoppen, dus dat het daarom doorgaat. En doorgaat.

'Ja' zei hij. 'Zoon2 vond gisteren een zak pepernoten in de kast.'

Dat ik die daar dus had neergelegd. Nadat ik de woonkamer er mee had rondgestrooid van de week.

'En jij stofzuigt altijd!' Was hij hogelijk verbaasd.

'Ja kind. Kun je nagaan.' Deed ik aardig.

Nou zeg, daar vond hij allemaal wat van. En hoe het dan kon, dat als er op pakjesavond een heule berg cadeaus in de gang staat?
Is dat dan van zomaar iemand??

Neen, ook van ons, zo verzekerde ik hem. En van Zuske en opa en oma.

Maar..maar...is dat niet HEUL DUUR? Zij wij rijk??? Wilde hij weten, en zag zich in een vliegtuig de wereld omgaan, dat zag ik wel aan hem.

Zo gingen wij een tijdje door. Ik droogde tranen, kuste wangen en kon de boel nog aardig verzachten door te zeggen dat hij nu bij de Grote Mensen hoort. En dat Zoon2 in geen geval hiervan mag weten. En dat pakjesavond hoe dan ook doorgaat.

Dat vond hij wel vet.
En vroeg vandaag nog zo het een en ander. Over waarom er dan zoveel moeite wordt gedaan, met journaal en Dieuwertje en ál die Pieten. Terwijl het nep is. Omdat dat léuk is, was mijn reactie. Ik kwam even niet op wat anders.
Dat vond hij nochtans een uitstekend antwoord.

Alles is dus nu weer rustig. Behalve mijn moederhart natuurlijk. Rap een wijn erin.

woensdag 20 november 2013

Herfst en Sinterklaas en alles.

Herfst, 1987-1997

Moeder: Oh bah, het regent. Kom hier liefje, ik heb een regenpak voor je.
Dochter1: Ja daaaag. Daar ga ik echt niet in lopen.
Moeder: Nou, doe niet zo raar, het is heel vies weer buiten. Kom, werk even mee.
Dochter1: Ja echt niet, ik ga niet voor schut lopen.
Moeder: Nou, waar slaat dat nu op. Je wordt nat hoor, en hoezo 'voor schut??'
Dochter1: Dat ziet er niet uit natuurlijk. Straks lacht iedereen me uit.
Moeder: Wat een onzin. Natuurlijk lacht er niemand, iederéén loopt met een regenpak in dit weer.
Dochter1: Weeehhhh. Ik wil niiiieeeet.
Moeder: Zeur niet. Hier, aantrekken nu.


Herfst, 2013-2023

Ik: Oh bleeerk, het regent. Kom hier mijn engel, ik heb een regenpak voor je.
Zoon1: Ja daaaag. Daar ga ik echt niet mee fietsen.
Ik: Nah, wat een onzin. Deze heb ik van oma gekregen voor jou! En het regent!
Zoon1: Echt voor schut. Echt niet.
Ik: Naahhh, waar sláát dat nu op. Je wordt zeiknat. En hahahhaa, voor schut? Serieus?
Zoon1: Iedereen lacht me uit.
Ik: Wat? Wie? Alsof je moet letten op anderen. En al helemaal niet op anderen die aan uitlachen doen.
Zoon1: Weeeehhhhh. Ik wil niiiiieeeet.
Ik: Gloeiendegloeiende. Hier, aantrekken NU!


Sinterklaasperiode 1987

Moeder: Vanavond mogen jullie je schoentjes zetten, liefste dochters die ik mij maar ooit kon wensen!
Dochter1+2: Jeeeeejj!
Moeder: Nouou, wat zou er in zitten!
Dochter1+2: Misschien pepernoten of nieuwe sokken of misschien wel een heuse chocoladeletter of een rolletje plakband!
Moeder: Nounou, je kunt niet alles verwachten, wel?
Dochter1+2: Wij zijn reuze verrukt met álles wat we krijgen ja. Als het maar een pop met een snoezig jurkje aan is.
Moeder: Goed zo kinderen, en nu naar bed.


Sinterklaasperiode 2013

Ik: Zonen, vanavond mogen jelui je schoentjes zetten! Stelletje donderkoppen van mijn hart!
Zoon1+2: Jeeeeejj!
Ik: Nouou, wat zou er in zitten!
Zoon1+2: Heul veul natuurlijk en ook groot en mooi!
Ik: Nououou, je kunt niet alles verwachten, wel?
Zoon1+2: Wij hebben zelluf op internet gezien, op de website en alles, dat er voor ons door Zwarte Piet echt al heel veel is ingepakt, elke keer als wij namelijk op die link klikten en voor Zoon1 was er voornamelijk heel veel en voor Zoon2 was er een heeeeel groot cadeau dat niet eens door het luikje kon en dat door vier Pieten moest worden gedragen!
Ik: Damn.


Sommige dingen veranderen nooit. Sommigen wel. Potdikke.



dinsdag 19 november 2013

Onverkwikkelijkheid allover.

Momenteel zit ik in een vrij onverkwikkelijke griep-esque situatie. Gisteren begon ik mij daar te hoesten, dat Hond1 er geen brood van lustte zeg. Vannacht was ik wakker van 02.00-04.00 en ik was daar niet echt blijde mee. Ga ik potdikke een keer op tijd naar bed, slaap ik de halve nacht niet. Bepaald irritant. Ik keek zo op Facebook, op NU.nl en aanverwante zaken en nadat ik me vergewist had van het feit dat ik werkelijk álles wist van de akeligheid in de wereld, kon ik weer slapen. En natuurlijk nadat ik de Achterklap had gelezen, want dat is waarlijk waar ik me vooral voor interesseerde. Arme Trijntje, trouwens.
Terwijl ik heel zelf medelijdend in de sponde lag, dacht ik aan diverse zaken;

Dit weekend kocht ik mij namelijk een paar heel lelijke dingen die ik op de muur plakte. Het zijn rondjes in de kleuren roze en blauw, die je tegen de muur plakt, teneinde de gaten en butsen in de muur te verbloemen, die daar in komen door openzwaaiende deuren.

Ik liep er tegenaan in de Blokker hier in het Dorp, en ik was in mijn nopjes zeg. Nahh, voor 1 euro had ik nimmer meer gaten in de muren! Of nou ja, de gaten zitten er nog wel natuurlijk, vanwege omdat wij de koelkast deur niet zachtjes schijnen te kunnen open doen, en ook de deur in de gang beneden niet. KLATS gaat dat altijd hier. En niet alleen door Zoon2.
Maar, ik zou de gaten verhullen en ze zouden niet groter worden.
Vrolijk begon ik met plakken en testte daarna een keer of tien met openslaande deuren hoe ze heel mooi tegen het rubberen rondje aanklapten. Mooie bezigheid.

Slechts luttele minuten later twijfelde ik alweer. Wát een lellijke dingen op mijn muur.
Had ik eerst een witte muur met een beetje beschadigingen, nu heb ik een witte muur met beschadigingen en roze en blauwe, vrij grote, rondjes erop geplakt. Elke keer als ik er langs loop zie ik uit mijn ooghoek iets opdoemen, waarvan ik meteen denk dat het een spin of anderszins akelig beest is.

'HAHAHA wat heb jij nu weer?' Kwam Zuske ook binnen met haar mening.

'Wat is dat?' Rolde Zoon1 met zijn ogen.

'Hee, goed van jou, heb je er nog meer?' Kwam Echtgenoot met het idee het ganse huis onder te plakken.

En Zoon2 had nergens last van, die denkt alleen aan pepernoten en Sinterklaaslolly's die ik in een vlaag van verstandsverbijstering kocht.

Maar ja, om die dingen nu weer van de muur te halen, is ook weer zo wat. Zul je zien dat dat niet gaat en ik ook nog een soort aftandse plakzooi op de muur heb zitten. Gedoe, kortom, gedoe. En dat voor 1 euro. Och mijn leev'n.

Vanmorgen werd ik evenwel nogal akelig wakker en Echtgenoot zag dat allemaal zo aan en besloot de ochtend thuis te werken teneinde de Zonen te verzorgen en alles, zodat ik heel kwijnend en hoestend kon blijven liggen. Een goed man, ja.
Ik kreeg een broodje en thee en een appel en de Zonen kwamen mij luid huilend vertellen dat het zo érg was dat mamma zo ziék was.

'Jaaahh' kermde ik. Want dat is een voordeel van een mannengezin he. Die kijken helegaar niet op van een beetje aanstellerij. Die vinden dat een heel logische zaak. Kermen, kwijlen, huilen en hoesten. Niks nieuws onder de zon.

Ergens tussen de middag sleepte ik me uit bed, deed wat aan persoonlijke verzorging en nam een koffie, en toen dat allemaal redelijk goed ging, ging Echtgenoot naar zijn werk.
De ganse middag verliep een iet of wat slonzig, met een gruwelijke soort cholera-achtige situatie die ik liet zien op het schoolplein, terwijl Zoon2 met een mijter op in de modder danste, maar alla, we waren allemaal nog in leven, dus ach.

En normaal ben ik erg van de patat-tegen-ziek-zijn, nu kookte ik Echtgenoot een broccoli en paprika toestand en ik voel me waarachtig al stuk beter. Een wijn tegen het hoesten, een nieuw kastje van Vriendin L waar ik Mariabeelden op zette en de Zonen die zoet gingen slapen, en ik kan morgen heus de dag weer aan. Maar goed ook, want het is borrelavond morgen met de meisjes. En ik moet toch wel waarlijk zieltogend zijn om die te laten schieten.




donderdag 14 november 2013

Het doet al helemaal geen pijn meer.

Nou ik maak wat mede hoor.

Zondag vierden wij de verjaardag van de achtjarige Zoon1. Voor die gelegenheid stond ik 's ochtends om 10.00 uur op, om twee taarten te maken. Dit was nog allemaal niet zo makkelijk als dat zo klinkt, omdat ik namelijk pas een paar uurtjes daarvoor te bedde was gegaan. Feestje, kroeg, zulks. Maar hee, 's avonds een vrouw, 's ochtends een vrouw. Een iets minder appetijtelijke, maar dat zagen alleen de Zonen en Echtgenoot en die kunnen het wel hebben.

'Gaaahhh' zei ik desondanks. Toen ik wakker werd. 'Meeehhhhh' ook. Gloekgloekgloek dronk ik wat liters water en wankelde een ietwat uit balans de keuken in.
Maakte taarten, keek tevree naar resultaat en wilde net weer de sponde in gaan, toen bleek dat dat geen optie was. Vanwege aanwezigheid van kinderen in leven. Dus nou ja, dan maar douchen en wat rampbestrijding inzake haar en gezicht, koffie, eten, en toen ging het waarlijk wel weer.

En tegen het einde van de middag, met zang en cadeaus en familie en vrienden en nogal wat kinderen, klaarde ik compleet op. Ook al omdat het weer borreltijd was natuurlijk, maar ook al omdat ik het zo leuk vond allemaal. Want dat is dan wel weer zo he, naarmate de jaren verstrijken word ik niet alleen wat wijzer aangaande allerhande levenszaken, maar ook als het om verjaardagen gaat.
Zat ik de eerste jaren vooral verschrikt en vol afgrijzen in een hoekje te schommelen met mijn handen tot knuistjes gebald, mezelf te kastijden met de taartschep, heden ten dagen serveer ik taart, thee en wijn of ik niet anders doe. Oh.
In elk geval, niks dan leuks alom.

Ik werd de ganse middag uitgelachen omdat ik PER ONGELUK op Facebook had gezet dat Zuske en ik in de ergste kroeg van Haarlem waren geweest, en ik toen ook nog vol onschuld vertelde dat ik op de fiets nog een Turkse pizza naar binnen had geschrokt, zoals ik dat dan wel eens doe. Dat vond mijn familie allemaal maar niks en ook nog schandelijk bovendien. Ze hebben het beste met me voor, natuurlijk. Dat weet ik wel en dat waardeer ik heus enorm. Ik kon er ook heus om lachen. Ook al had ik daar een fleske wijn voor nodig.

En toen zeg, toen bedacht ik me de volgende dag dat ik nódig mijn haar weer moest verven. Want mijn uitgroei, echt leeeeeeelijk. Hup naar de winkel getogen, mijn favo extreme blondeer aangeschaft en ik zat 's avonds bepaald in mijn nopjes met verf, nagellak en een wijn een beetje girlsnight te houden zo in mijn eentje. Met Echtgenoot op de bank, die mij nog heel hulpvaardig aan de achterkant van mijn hoofd van verf voorzag. Het is waarlijk een nuttig mens, mijn mens.

'Oei' dacht ik na een half uur. 'Wat is dat voor gruwelijke pijn op mijne hoofd zeg?' Vroeg ik me zo af. Maar hee, ik ben daar geen aansteller he, dacht ik zo, dus monter bleef ik nog geruime tijd langer met de bende zitten, ondertussen met een vrij akelige sensatie van pijn op mijn arme hoofd. Toen ik kippenvel kreeg, overal jeuk op mijn armen en een lichte blindheid voelde opkomen, besloot ik heel verstandig de boel eens uit te spoelen. Ik weet heus wanneer het genoeg is.
Hotsa, wat zilvershampoo erin, ondertussen bekeek ik mijn zere oog, keek Echtgenoot mij bepaald wantrouwend aan vanwege mijn uitroepen van hel en verdoemenis en nadat ik helemaal was uitgespoeld. Was het lichtblauw, mijn haar.

'Naaaaahh wat leeuuuk!' Riep ik keihard, wat nog best knap was, want ik ontwaarde diverse nare brandblaren op mijn hoofd, was de jeuk niet over en was ik bovendien niet geheel lichtblauw, maar ook nog wat blond en grijs.

Na een fijne nachtrust van maar liefst zes hele uurtjes, stond ik verkwikt op, want ik had verwacht dat ik met zwerende bulten en een opgezwollen gezicht de dag moest aanvangen, en dat was niet zo. Meevallertje.

En nu is het best leuk zeg, zo in het daglicht. Blauwig, ja. Blonderig, ja. Wittig, ook. Helemaal wat ik bedoelde.

Van mijn moeder en de Vriendinnen kreeg ik nog het advies om dit niet nog een keer te doen. Vanwege de pijn en alles. Maar ik vind, een meisje moet toch wat, om leuk haar te hebben. Daarbij ben ik nu allerhande manieren aan het bedenken om de volgende keer op minder afgrijselijke wijze mijn haar te verven. Ik zal er alles over vertellen, vindt u leuk.
En trouwens, het doet al helemaal geen pijn meer.




dinsdag 5 november 2013

Serieus. Acht jaar hee.


Sérieus. Zei ik afgelopen week tegen mijn moeder. En Zuske. En Vriendin2. En elke toevallige voorbijganger. 'Zoon1 wordt 8 jaar. ACHT! Allemachtig. Ik heb een kind van bijna acht jaar'. En keek er bepaald maniakaal bij.

Ja, dat soort dingen dringen altijd maar met matige snelheid tot mij door.

Maar even, dat is toch niet te geloven. Er is een ware geboortegolf gaande om mij heen, en mijn kind wordt al acht. Acht jaar geleden was ik nogal zwanger en sloeg aan het baren, wat nogal schrikken was, vond ik persoonlijk.

En elk jaar sindsdien denk ik; 'Oooh werkelijk hoe is het toch mogelijk'. Dat het alweer zo lang geleden is, dat ik in die tijd zoveel kleuren haar heb gehad, en ook dat het kind toch waarlijk heel aardig aan het opgroeien is. Had ik natuurlijk ook wel gehoopt, maar ken mezelf. Ben niet zo goed met Cavia's en aanverwante zaken, dus dan maar aannemen dat je een kind een beetje redelijk laat opdrogen... Maar hee, puntje voor mij.

En wat doe ik dan zoal, de avond voor de verjaardag van het kind. Nou, nogal wat, zo bleek.

Dertig traktaties maken, bijvoorbeeld.
Nadat mijn moeder heel hulpvaardig met een Schateiland idee kwam en ik daar een plaatje met beschrijving bij kreeg, waarna Zoon1 zich bijkans verslikte van enthousiasme, kon ik niet anders meer dan dat idee uitvoeren.
Dus toog ik deze week naar diverse winkels voor vlaggetjes-met-een-piraat. Ja, niet te vinden dus.
Een cocktailprikker-met-palmboom. Bestaat niet.

Gloeiendegloeiende, vervloekte ik de irritant creatieve moeder die dat idee in een blad had gezet.

Maar hee, ik doe heus niet onder voor de eerste de beste creatieveling, dus ik bedacht een eigen versie op het geheel.
Waar Zoon2 schuimbekkend naar luisterde, toen ik hem dat heel opgewekt vertelde.
Hij is nogal van de beschrijvingen en Zoals Het Hoort het is dat ik wéét dat hij uit mij is gekomen, maar anders...

Ik stelde het kind gerust, schafte mij nogal wat attributen aan en maakte vanmiddag een prototype van het geheel.
Zoon2 was in elk geval zeer enthousiast, dat is altijd wel fijn aan dat kind. Zoon1 keek er naar, dacht even na, vroeg nog naar wat details en telde elk ding of ik wel genoeg had, en haalde uiteindelijk zijn schouders op en ging tv kijken. Ik vatte dat op als een groot compliment.

Vanavond ging hij schaken, wilde daar niet trakteren, want 'dat doet niemand', waar ik vanzelfsprekend een educatieve rol voor mijzelve zag weggelegd, als zijn moeder en alles. En wáárom zou je iets niet doen, omdat een ander het ook niet doet? En het is toch juist lééúúk als je trakteert? Wie lust er geen snoepje? Je moet altijd doen wat jíj leuk vindt. Maakt niet uit wat ander denkt.
Wat bleek; hij wilde toch niet, wilde al de aandacht niet en had er geen zin in.
Ik dacht er over na, vond dat eigenlijk ook wel heel authentiek en liet het kind gaan. Zo ben ik dan ook wel weer. En was er zat van.

Bij zijn thuiskomst voerde ik nog een lang gesprek met hem, over het feit dat hij dacht niet te kunnen slapen. Overmand door liefde gaf ik hem een aanzienlijk aantal kussen, vertelde hem dat hij niet naar beneden mag komen, vanwege omdat wij zijn cadeau misschien wel aan het inpakken waren. 'Heb je een cadeau??' Deed hij hoopvol.
'Mmm. Misschien. Was het eigenlijk vergeten. Je verjaardag' Deed ik mijn ouders na met het aloude grapje.
Waarna ik tien minuten bezig was om hem te troosten met zijn vreselijke moeder. Eind goed al goed, Zonen in slaap en Echtgenoot en ik aan de traktatie. Echtgenoot die heel zoet uitvoerde wat ik hem opdroeg te doen en ik mopperend over de inferieure kwaliteit van de door mij aangeschafte lekkernijen. Alles kwam goed.

Slingers ophangen. Ballonnen opblazen. Cadeautjes inpakken.
Wijn inschenken.
Oude foto's kijken.
Zuske berichten met foto van haar acht-jaar-jongere-zelf met haar Neef1 als baby.
Me verwonderen over mijn kapsel van destijds. En bril. En ik dacht steeds maar van oi oi, wat een lieve baby, wat een dikke baby en wat is hij nu groot. Mag helemaal niet meer in zijn billen knijpen. Hij corrigeert mij voortdurend over allerhande zaken en vraagt mij elke dag twee keer héél hard lachend hoeveel 100x100 is, omdat ik één keertje, toen ik even niet oplette ja, zei dat het antwoord duizend was.

Maar ja dus, morgen is het kind jarig. Krijgt zijn liefste wens als cadeau. Favo tante komt patat eten. En zondag hebben we Feest.
Ergens tussendoor zullen Echtgenoot en ik ons eens buigen over het kinderpartijtje, want dat is er nog even bij ingeschoten, maar komt ook alweer goed, heus.

En ik schenk me nog wat in, zal morgen hard zingen, veel kussen, taartjes serveren en waarschijnlijk een paar driftbuien moeten kalmeren, want acht jaar is een leeftijd voor mijn lieve Zoon1, waarop hij zijn leven erg serieus neemt, dat ook verwacht van zijn broertje en ouders en ik zie voor mij de taak, hopelijk nog tachtig jaar, om hem daarin soort van serieus te nemen, al zie ik de dingen af en toe zelf wat anders. Samen zijn we sterk. En zijn enorme humor zal ie wel van mij hebben, immers.


zaterdag 2 november 2013

Dag, auto. Tot Roze Champagne!

Het is toch wel een toestandje, twee huizen hebben. Dachten we bijna drie jaar geleden nog dat het een kwestie van weken was voor we onze zakken zouden vullen met overwaarde, goudstukken en diamanten, bleek dat toch anders te gaan. Blablacrisis, boeien hoe het komt, we zitten nog steeds met Huis1. Waar mijne Zuske al die tijd al fijn in woont en waar ik eens in de zoveel tijd met emmers sop en chloor doorheen raas teneinde een sporadische kijker maar zo frisch mogelijk te ontvangen.

Omdat het allemaal wel heel sporadisch begon te worden, met de kijkers, verhoogden wij de prijs. Immer optimistisch ingesteld dachten we dat we dan een 'ander segment' zouden aanboren, qua huizenzoekers en vermogende mensen. Wij gingen ons zelfs inderdaad makelaars jargon aanmeten. Nou, heel verrassend, kwam er niemand. Ik zag feitelijk voor mijn geestesoog heel Funda-kijkend Nederland heel hard lachend zich op de dijen kletsen en nog een bier nemen.
Evenwel hielden we de prijs toch een tijdje hoog.
Om die daarna weer te verlagen. Schoorvoetend diende zich zo eens een kijker of wat aan en hoopvol keken Echtgenoot en ik daags na het bezoek naar onze mail om vervolgens van meneer en mevrouw Makelaar te horen wat men zoal niet vond deugen aan ons mooie Huis1 of waarom het anderszins in elk geval niet gekocht werd door de mensen die wij zo hartelijk hadden laten ontvangen.

'Welkom' schreef ik heel olijk op het krijtbord, elke keer. Met een hartje erbij. Natuurlijk ook om mijn zuster een fijne thuiskomst te wensen na haar werk, heus.

Twee weken geleden hadden Echtgenoot en ik Een Gesprek. Wij schonken daar ruime hoeveelheden wijn bij, om de boel nog een beetje gezellig te houden, want we gingen het zo eens hebben over de financien. Nu kan ik waarlijk over een hoop dingen heel leuk kletsen, met wie dan ook, maar met Echtgenoot over financien...ai ai. En dat ligt geenszins alleen aan hem, welnee. Dat doen wij tesaam.
'Jamaar' en 'Oooh maar dat was daaaaarom' en 'Straks, als de dingen anders zijn...' en 'Ik heb dat NODIG! Dat SNAP je toch wel?' en
'Ik koop helemaal niet DE HELE TIJD dingen' en 'Dat is GEZOND!' Zijn zeg maar veel terugkomende zinsnedes.

Dit keer ging het goed. En wij besloten de prijs van Huis1 drastisch te verlagen. Zodat er wellicht eens iemand genegen zal zijn het daadwerkelijk te kópen, in plaats van alleen te kijken hoe leuk Zuske de boel heeft ingericht.

En huppetekee zeg, er staan nog net geen rijen voor de deur. Kijker na kijker dient zich aan. Ik dweil mij de blaren op mijn nagellak en heb een aan een maniakaal grenzend contact met mevrouw de Makelaar.

'Positief, positief', proosten Echtgenoot en ik met elkaar, elke avond. Een heel fraaie fles roze champagne, gekregen van Vriendin1, ligt al een tijdje demonstratief koud te zijn in de koelkast, voor hét moment dat we een bod krijgen. Dat er daardoor geen ruimte meer is voor worteltjes en broccoli en alles, dat is dan jammer. Prioriteiten he.

En met de goede hoop dat Huis1 binnenkort misschien dan toch echt verkocht gaat worden, bekeken wij nogmaals onze liquide middelen en het is dat we natuurlijk aan de wijn zaten, anders zouden wij bijkans bij de flessen neer gaan zitten.
Het doet wat met je bankrekening hoor, twee huizen, één baan, twee zoons, één Cavia2, één Hond1 en alles.

Dus wij dachten zo. We doen de auto weg. Een tijd geleden opperde ik zulks al eens voorzichtig bij Echtgenoot, die zich meteen verslikte in alles wat hij die dag tot zich had genomen, maar nu kwamen wij toch gezamenlijk tot dit idee. Ik kan persoonlijk, denk ik, prima leven zonder auto. Heb zelf geen rijbewijs. Ben opgegroeid zonder auto. En woon dichtbij alles wat mijn hart begeert. Dat wil zeggen, De Vriendinnen, Zuske, mijn Ouders, De Hennes, de School van Zoon1+2. En het station, voor als ik naar Vriendin3 wil of naar anderszins erg leuke dingen niet in Haarlem.

Voor Echtgenoot is het in eerste instantie een aderlating. Een auto is voor een man wel een 'ding' zo leerde ik. Nu zijn wij in het bezit van een aantal gemotoriseerde voertuigen, namelijk ook nog een scooter waarop E naar zijn werk gaat, en een heuse Harley Davidson, door E aangeschaft, in een moment van pure liefde voor het ding. Dat hij dat 'altijd al wilde' was mij in de afgelopen tien jaar ontgaan, maar alla. Wij kunnen onszelf dus heus vervoeren. Niet dat we met ons vieren op de motor weggaan, met paraplu's als dak, we wonen immers niet in Indonesië of iets, maar we komen heus ergens. Ook al omdat we nogal omkomen in de fietsen. Zoon1+2 zijn geen fans van auto rijden, behalve natuurlijk als we naar een pretpark gaan en als het regent, maar die zullen er dus wel overheen komen. Daarbij leerde ik vandaag nog dat er daadwerkelijk kinderen zijn zonder tv thuis, dus die van ons zullen ook wel wennen aan geen-auto.

Ja het is wat. Mijn moeder deed al heel troostend dat er diverse supermarkten zijn die voor heulemaal niet veel geld lekker thuis bezorgen, dat het heel feestelijk is om af en toe een taxi te nemen en dat ik immers niet beter weet. En ja, wij hadden vroeger thuis geen auto, was geen probleem. Echt niet. We wennen er wel aan.
Totdat we natuurlijk de roze champagne inschenken en direct tot de aanschaf van een auto overgaan. Dit keer een roze, zo vertel ik Echtgenoot. Ja hoor, mompelt hij, terwijl hij de dvd's van Top Gear bekijkt.

vrijdag 1 november 2013

Verwarrende tijden.

Er zijn zo dagelijks dingen waar ik danig door in de war wordt gebracht. Dat kan van alles zijn. Ik kan heel verontrust zijn als ik bijvoorbeeld iemand iets hoor zeggen over 'zaden en noten'. Op een of andere manier kan ik daar niet tegen. Daar wil ik verre van blijven. Ook al is er niet veel mis met noten, vind ik. Maar ik maak me daar druk over, dat het kennelijk een onderwerp is waar mensen het over hebben, en ik niet. En ik snap niet waarom dat een onderwerp is.

Gisteren hoorde ik op de radio niks anders dan het NSA-afluistergebeuren. Hoopte bijna dat ik bij toeval opgebeld zou worden door radiomeneer. Zodat ik kon zeggen; interesseert me niks. Kan mij het nou schelen dat NSA mij of ander afluistert. Ik zou het persoonlijk een stuk zorgwekkender vinden als Echtgenoot kon horen wat ik met Vriendinnen bespreek. Brrr.
Terwijl kennelijk veel 'gewone' Nederlanders er heel akelig van worden en niet meer durven slapen, dan wel bellen. Wat bespreek je dan in godesnaam, vraag ik me af. Hoe je kernraket maakt van maggiblokjes en kerriepoeder? Hoe je van plan bent om op eerstvolgende vliegreis een nagelschaartje in je bh wilt meenemen? Ik heb het aan de telefoon gewoon over recept voor zuurkool, of datum voor borrelavond.
Heb dan de indruk dat ik niks van de wereld snap, of dat er nogal veel aan mij voorbijgaat, omdat ik er geen mening over heb. Kan ook zijn dat ik de enige ben die de juiste instelling heeft. Namelijk niet de pessimistische of wantrouwende. Zal wel ergens in het midden liggen.

En over iets gezelligs gesproken; vandaag liep ik met Zoon2 en Hond1 door de buurt te kuieren, op ons vaste rondje rondom de school van Zoon1, waar we langs een leuk begraafplaatsje bij een bospad komen. Ik hou van kerkhoven. Ik vind het er prettig rustig, ik kijk graag naar data en namen van mensen onder de grond en ik knik altijd vrindelijk en met een aardig lachje naar de personen die daar lopen omdat ze waarschijnlijk daadwerkelijk iemand bezoeken want dat vind ik zielig.
Ik loop ook altijd langs het kinderrijtje, waar ik héél akelig van word, maar doe het toch. Zie kindernamen met verontrustend dicht bij elkaar liggende jaartallen erbij en schud dan treurig mijn hoofd, terwijl ik ondertussen aan Zoon2 vertel dat het heus geen pas geeft om héél hard te zingen, op deze plek. Ja, huppelen mag wel, maar niét op graven. NIET op graven, Zoon2! Bulder ik vervolgens over het tot dan toe bijzonder rustieke kerkhof.
En toen viel mij wat op. Op heel veel plekken stond hetzelfde potje met witte bloemen. Op opvallend veel plekken dezelfde pot met dezelfde bloemen. En toen bedacht ik me dat ik de dag daarvoor een busje op het terrein zag rijden van een tuin-achtig bedrijf en dat ik me toen nog afvroeg waarom zo'n hele bus door het hek naar binnen reed. Vervolgens keek ik op het bord bij de ingang waar altijd heel opwekkende berichten staan, in termen van het ruimen van graven en alles en daar hing ook een papier, dat je iemand kan bellen om je op te geven, zodat er kennelijk met regelmaat een pot bloemen op het graf van je naaste wordt gezet.
Dat vind ik raar. En verwarrend. Waarom doet iemand dat? Is het dan zoveel moeite om zelf even de boel te fatsoeneren, als je dat kennelijk belangrijk vindt? En wat heeft de dode of de nabestaande er nu aan dat er dan een saai potje bloemen neer wordt gezet, wat vervolgens op bijkans élk graf staat? Dat is dan toch niet mooi, of lief. Dat is aan wildvreemde mensen laten zien dat je héus het graf verzorgt. Waar je vervolgens zelf misschien niet eens wat van ziet. Laat staan de dooie.

Daar denk ik dan over na en kijk verward in de rondte.

Dat Zoon1 volgende week jarig is, dat ik nog geen cadeau heb, of een idee daarvoor, nog geen vastomlijnd idee voor partijtje, maar wel al heel duidelijk in hoofd hoeveel wijn en taart ik zal inslaan voor verjaardag op zondag, dat stemt mij ook onrustig. Maar hee, duidelijkheid in verwarrende tijden is fijn. Dus dan maar een mooi rond getal aan wijn in huis halen. Daar zal ik van opknappen.

donderdag 24 oktober 2013

Goed voor elkaar. En Buurmeisje1.

Nou, ik had het goed voor elkaar deze week hoor. Ik was ook wat afwezig, maar dat kwam door alle leutigheid die mij zo allemaal overkwam en al.
Allereerst kreeg Vriendin2 precies een week geleden haar baby. Eindelijk. Kind3, Dochter1. Ik was in de buurvrouwesque situatie dat ik vanaf het allereerste begin op de hoogte was en mijzelf dus de ganse dag kon gaan zitten opvreten van empathische spanning. Zo ben ik he. En toen dan eindelijk 's avonds laat het verlossende woord kwam, was ik zeer blijde, ja, zeer blijde. Zo blij voor Vriendin2 dat alles heel goed was gegaan, dat er een mooi nieuw gezond vers babietje in haar leven was gekomen en ook wel dat zij lekker van de zwangerschap af was. Want een meisje is het goed zat, na 41 weken dikte. En och, de volgende dag mocht ik meteen kijken en waarlijk, ik kon wel janken. Een babymeisje, met lieve zachte haartjes en een snoezig gezichtje en o zo kleine handjes.
Ja, ik hou heul erg van nieuwe baby'tjes. Heul erg. Wil voor geen goud ooit nog in mijne leven zelf het op een baren slaan, neen, dat wil ik niet. Maar ik ontmoet heel graag de baarsels van mijn Vriendinnen.
Welnu, de ganse week was ik dus de Stalker Buurvrouw. Had een heuse band met de kraamverzorgster, at een aanzienlijke hoeveelheid beschuiten en ik mocht het kindeke steeds fijn vasthouden.
Want dat is het gekke he. Van mijn eigen baby's werd ik vrij nerveus; van huilen, van beweginkjes, van de piepkleine beentjes die in de broekjes moesten worden gepropt, van het voeden en het kotsen en elk geluidje waarvan je niet weet wat het is, en van het slapen, omdat ik dan dacht dat ze het loodje hadden gelegd omdat er opeens géén geluid was. Vermoeiende aangelegenheid vond ik het kortom, baby's.
Maar de baby van een ánder. Naah, kom maar op hoor. Ik wiegel en ik troost en vind geeneen geluidje eng of gek en ik kijk met belangstelling naar poep en braaksel hoor. Geeeen probleem.
Met natuurlijk als bijkomend voordeel dat ik het babypoppedijnekind aan het eind van het bezoek in de armen des moeders kan leggen en daarna zelf een fles wijn of wat kan opentrekken om vervolgens een nacht te gaan slapen. Of niet, net waar ik zin in heb. Ja, daar hou ik wel van.

Desalniettemin schrok Echtgenoot wel een weinig deze dagen, van mijn betrokkenheid bij Vriendin2 en haar Dochter1. Ik zag heus wel dat hij wat schrikachtig werd, bij al mijn verhalen over de snoezigheid van onze nieuwe buurtgenote. Ook mijn moeder zag zichzelf alweer voor de derde keer oma worden, dat merkte ik wel, vooral omdat ze dat zei.
HAHA zei ik. Neen.

Verder hadden wij vorige week hier thuis een Borrel. Van de school van Zoon1. Met de ouders van de kinderen uit de klas van het kind. Jaha, want ik ben klassenmoedert, en de belangrijkste taak hiervan is, mijns inziens, de Ouderborrel. Komaan, zeiden Echtgenoot en ik een tijdje geleden. Dat doen we gewoon hier thuis! WANT DAT IS LEUK!!
En ik stuurde aldus een mailtje rond, en was de vorige week als een maniak bezig met het eindelijk schoonmaken van diverse hoeken hier in huis die al tijden geen daglicht hadden gezien, vanwege omdat er nogal veel stof op lag. En ik kocht me de hele week ongans aan eten, aan hapjes, aan wijn, bier, wijn, bier en nog wel wat wijn.
Zuske kwam ons helpen met de inschenking van de versnaperingen en het uitdelen van ook alweer versnaperingen. En ik stak nogal wat kaarsjes aan, kleedde mij om in een soort van normale outfit, voor de gelegenheid, en deed Zoon1+2 uit logeren bij Opa en Oma.

En dat viel alles meeeeeede. Ja, je weet het niet hier in Het Dorp, immers. Er was maar een klein beetje dronkenschap, er kotste niemand en er werd geconverseerd, gerookt en gelukkig erg veel gedronken. Kortom precies zoals ik het graag zie.
En dat in een gezelschap dat Echtgenoot en ik eigenlijk nauwelijks kenden, tot voor kort. Alleen maar van het schoolplein en Facebook, feitelijk. Sommige mensen bleken leuker dan ik dacht. Sommigen waren nog veel leuker dan ik dacht. Sommigen hadden een beetje gekke schoenen aan, maar daar kan ik mee leven. En ik heb eigenlijk geeneen The North Face jas gezien. Ook al omdat die waarschijnlijk in de gang hingen. Maar ik vond het toch geruststellend.

Nou en toen we soort van bekomen waren en ik de jongens en Hond1 weer thuis had, Zoon1 zei: 'zeg, wat is het hier een bende, dat komt zeker door jullie feestje?' was het alweer tijd voor nog meer logeerpartijen, Zoon1+2 gingen ieder apart nog logeren ook, wat ons een raar gebroken gezin opleverde, gedurende een aantal dagen. Raar rustig, maar ook wel heel lekker zeg. Nu zijn we weer compleet en gaan we morgen naar Hellendoorn. Yeah. Pretpark!

De avonden gebruiken we voor het drinken van wijn en bier, want als je dat toch overvloedig in huis hebt, wat zou je het dan laten staan, immers.

In de ochtenden liggen we nogal lang in bed.

dinsdag 8 oktober 2013

De zomerse dag in de herfst.

Mijn Vriendin2 staat op het punt van baren. Is nogal zwanger. Is er zat van. Wil haar baby.
En ik met haar. Ik ben er zó mee bezig, en met mij de Vriendinnen natuurlijk allemaal, dat ik 's nachts droom dat ik een kind krijg. Net als vroeger, toen ik nog geen baby had maar die wel wilde. Elke dag kijk ik over mijn balkonneke of er niet toevallig een auto van de verloskundige voor de deur staat en als ik niks hoor sla ik aan het whatsappen. Ik ben verder heus niet irritant, ik leef heel erg mee ja.
'Kind, eet maar lekker ananas' zeg ik overbodig.
'Hier, een paar blikjes bitter lemon' bemoei ik me ermee.
'Slaap jij wel goed op je linkerzij?' Vraag ik ten overvloede.
'Liefke, hoe vooooeeeeel je je vandaag?' Doe ik maniakaal.

Maar alla. Dat heb je met zwangere vriendinnen. En ik heb er tegenwoordig nogal wat, het is gewoonweg ongelooflijk. Ik word bijna oma bijkans, en de rest slaat aan het vermenigvuldigen.
En dat vind ik toch zalig, want doe mij maar baby's hoor. Van anderen ja.

Maar zo was ik dus nogal hysterisch de hele tijd, en nu nog eigenlijk, dus zondag dachten Echtgenoot en de Zonen dat ik er maar eens uit moest. Naar het strand, zouden we gaan. Zoon2 sleepte een hele tas vol autootjes mee, om onduidelijke redenen, Hond1 was al bij voorbaat in nogal uitbundige stemming want hij mocht mee de auto in, en Zoon1 had er geen zin in. Maar dat is wel met wat meer zaken tegenwoordig met het kind.

Eerst reden wij een rondje Dorp en Stad, want ik had hier en daar wat af te leveren, tot maar een klein beetje ongenoegen van Echtgenoot, die zich de boel maar liet welgevallen en wij kwamen uiteindelijk op het strand aan, waar het idioot druk was.
Maar het was dan ook een heel zomerse dag in deze herfst.

Echtgenoot vleide zich op het zand. Ik vleide me op Echtgenoot en wij stuurden de Zonen weg om te gaan spelen.

Ik lag daar lekker. Allaaa, wat lag ik lekker.

En toen de Zonen begonnen te meieren deelde ik pakjes drinken uit. En koekjes. En toen ze daarna niet ophielden vertelde ik Echtgenoot dat het toch zo leuk was als hij met de jongens en de hond eens lekker in de branding zou gaan hatselen.
En ik legde mij op de jassen van mijn mannen en deed mijn oogskes dicht. Maar eerst maakte ik wat foto's.

Zoon2 die nogal geniet van zijn bestaan aan de Bloemendaelsche kust.



Hond1.

De mooie grote Zoon1 die toch wel genoot. Ook al wilde hij niets van een broek of trui uitdoen.


Zoon2. Die hier in de verte al de lange rij voor de ijswinkel ziet.

En hier ziet u mij, terwijl ik Echtgenoot als kussen gebruik. Wat hij heus niet heel erg vond. Al zei hij van wel.



En we zijn nu een paar minuten verder, en nee, Vriendin2 heeft nog steeds niet gebaard. Ik ga maar gauw een wijntje inschenken en mijn baarmoeder tot stilte manen.

maandag 30 september 2013

De bijna-laatste keren en de kleine arm.

Nou het was zover zeg. Het ging de afgelopen week opvallend over Laatste Keren.
Zoon1 zou gaan afzwemmen voor zijn B-diploma en Zoon2 ging voor de laatste afspraak naar mijn vrienden van het consultatiebureau.

Beiden goed voor wat gejuich van mijn kant, jawel. Voor zeker een jaar ben ik af van de wekelijkse zwemles en ik hoef nóóit meer naar dat verdullemse consultatiebureau.

Op Zoon1 kon ik rekenen. Met zijn gelukssteen van oma in zijn zak, mijn volledige vertrouwen in zijn oortjes geprent en patatten in het vooruitzicht, zwom het kind fluks door het gat onder water en deed alle andere zwemproeven als een volleerd vis. B-diploma in the pocket en iedereen opgelucht en blij.

Zoon2 was een iets ander verhaal. Natuurlijk. Had ik kunnen weten.
Omdat er een vaccinatie gegeven zou worden, dacht ik van te voren zo eens na hoe ik dat zou aanpakken. Vertellen van te voren of juist niet. Ik besloot tot het eerste. Mijn moeder heeft vroeger Polio gehad en dientengevolge een 'kleine arm'. Bij mijn Zuske, bij mij, bij onze vriendinnen, werkte het vroeger heel goed dat er verteld werd dat prikjes nodig waren om niet ziek te worden en om vooral niet ook een kleine gekke arm te krijgen.
Bij Zoon1 werkte dat ook prima.
Zoon2 echter zag een kleine arm wel zitten. Net als oma.
'Kijk mamma!' Riep hij verheugd vanaf achterop de fiets. En liet een klein wapperend armpje aan mij zien. 'Ik heb al een kleine arm!' En besloot dat hij geen prikje meer nodig had.

Oei, dacht ik dus. Dat wordt nog wat.
En toog woensdagochtend naar het consultatiebureau, dat heel handig naast de school van Zoon1 zit. Wij moesten een kwartier van te voren aanwezig zijn, maar daar let ik al lang niet meer op, dus vijf minuten voor aanvang van onze afspraak kwamen wij aangezet en toen moest ik nog naar binnen zien te komen. Dat gaf een kleine oploop voor de deur, omdat diverse kinderen zich ermee gingen bemoeien en ik stond er maar zo'n beetje naar te kijken want weet inmiddels dat dwingen niet zoveel zin heeft, dat ik beter stilletjes kan hopen dat hij opeens tóch meewerkt, en anders pak ik hem gewoon onder mijn arm.
Natuurlijk werd het het laatste. Met veel lawaai kwamen we dus binnen en pas toen Zoon2 een pratende theepot ontwaarde kalmeerde hij een weinig.
Ik hatselde zijn schoentjes van zijn voetjes, maar verder wenste hij zeker niet uitgekleed te worden.
Wilde niet op de weegschaal.
Wilde niet gemeten worden.
Ging pas mee de spreekkamer in toen hem een Diego-kleurplaat werd beloofd en wilde daarna ook niet meewerken met de diverse testjes.
Nee, hij kan niet springen.
Nee hij wilde geen rondje tekenen.
Nee, hij was niet in het bezit van een navel.
En hij is een meisje. Nee echt, hij had geen piemel zo verzekerde hij de nerveuze dokter.
Vanzelfsprekend wilde hij ook niet meewerken met de ogentest. Hoe de dokter ook haar best deed met verhalen over piraten en afgeplakte ogen.
Ondertussen zat ik er maar een beetje bij en maakte me gans niet druk.
En omdat het allemaal niet opschoot, besloot de dokter mij dan maar wat vragen te stellen.

'Hoe is het om de moeder van dit jongetje te zijn?' Vroeg ze, terwijl ik aan haar wel zag dat zij niet met mij wilde ruilen.
'Enig, hij is om op te vreten' gaf ik eerlijk antwoord.

'Is hij sinds het laatste bezoek ziek geweest?'
'Ja, vast wel, hij heeft altijd wat' deed ik heel nonchalant.

'Hoe zou u hem omschrijven, in een paar woorden?'
'Eh. Sociaal, grappig en heel knuffelig' was ik verliefd op mijn kind.

Terwijl het onderwerp van gesprek de dokter ongevraagd vertelde hij heel erg goed is in kleuren en vooral ook binnen de lijntjes en dat hij DOL is op ijs.

Toen kwam het moment van de vaccinatie. De dokter keek mij aan en zei dat het wel écht nodig was dat hij die kreeg. Ja natuurlijk, bevestigde ik. Dan moest ik hem goed vasthouden, wilde ik dat wel? Ja hoor, zei ik. En ik waarschuwde haar nog wel even dat hij echt enorm zou gaan schreeuwen. Nu, dat was niet erg. Dan kende zij de driftbuien van Zoon2 nog niet, dacht ik, maar alla.

Ik hield hem tegen me aan, zij pakte de spullen en Zoon2, ook niet op achterhoofd gevallen, had direct door welk onheil er aan zat te komen. 'Neen, dat wil ik niet' zei hij. En daarmee was voor hem de kous af.
Maar dokter en ik dachten daar anders over en terwijl ik iets deed met houdgrepen en dwang, jaste zij de prik in zijn arm.
Binnen een paar seconden was het voorbij, ik liet hem los en hij brulde als een wildeman, rende de deur uit, door de gang, terwijl de gehele wachtkamer met afgrijzen naar hem keek.

Nu, dank hoor, zei ik vrindelijk tegen de mevrouw. En liep zo'n beetje achter Zoon aan, die ik vond in de gang van de klas van Zoon1. Brullend zat hij op de grond en was nogal boos over alles.
Ik liet hem maar een beetje en na een tijdje stond hij op en liep terug naar de wachtkamer.
Ik achter hem aan.

Met een nogal wilde blik in zijn ogen pakte hij de pratende theepot, liep naar de receptiemevrouw en eiste op hoge toon de dokter te spreken.
'Wat wil je dan doen, manneke?' Deed zij vriendelijk.
'Ik ben teruggekomen om de dokter te slaan' was Zoon2 beslist.

HAHAHAHAHHAHAHAHAHAHAHAHHAHAHAHAHAHAHA bolderde ik van het lachen.

Wat misschien pedagogisch gezien niet geheel juist was, maar ik kon het niet helpen.

Kom schat, de dokter is nu met een ander kindje bezig, zei ik. En thuis mag je Dora kijken en krijg je wat lekkers.
En zo vertrokken wij weer naar huis. En nu moet ik potdorie toch nog een keer terug, om Zoon de ogentest te laten doen.

Maar ik heb wel gelachen, kortom. En er zal geen sprake zijn van kleine armpjes. Dat is toch fijn.









donderdag 26 september 2013

Broccoli en het slagveld dat het diner is.

Och het is mij hier toch een toestand mensen, elke dag weer. Het diner.
Echtgenoot is een prettig iemand om voor te koken. De werkende mensch heeft trek als hij thuiskomt en is over het algemeen in zijn nopjes met wat ik op tafel zet. Soms moet ik het allemaal nog maken. Soms lig ik op apegapen op bank en verzoek hem vrindelijk de honneurs waar te nemen en soms sta ik gezellig met mijn wijn en sigaretske op het balkon en verzoek hem ook om de pannen ter hand te nemen. Maar meestal echt, zorg ik voor ons avond'lijk maal. Zo ben ik dan ook wel weer.

Natuurlijk meestal reuze gezond met groenten en alles, want sinds ik een jaar of dertien geleden uit huis ging waardeer ik groenten meer dan alle jaren daarvoor. Thuis bij mijne moeder was ik altijd van de 'gaaadver, ANDIJVIE?' of 'ALWEEER aardappels?' En meer van zulke opbeurende teksten die je wel eens zegt, als kind.
En 'Jeeeejjj nasi!' Als het een feestelijke dag was. En al helemaal 'EINDELIJK spaghetti' als ik jarig was.
Ik was zo'n kind dat spaghetti koos, op haar verjaardag. Omdat dat een bijkans verboden maal was, bij ons thuis. En omdat mijn vader er niet van hield. Houdt, denk ik.

Ik hield niet van broccoli en dat was geaccepteerd. Ik hoefde dat niet te eten. Dat werd door ouders en Zuske gegeten als ik er een keer niet was. Bepaald een sympathieke oplossing van mijn moeder eigenlijk.
Iedereen lust wel iets niet, dat is normaal. Dat hoeft dan ook niet.
Dat ik ook enorm ging kokhalzen van paksoi ik heb nu braaksel in mijn mond en van gekookte andijvie, dat was gewoon pech, want mijn revoltantie betrof al broccoli, immers. (Revoltantie is geen goed Nederlands. Maar wel mooi, zeg nu zelf.)

Ik besloot bij Zoon1+2 dezelfde regel te hanteren. Je kunt één ding niet lusten, en dat is prima. Dat hoef je dan ook niet.
Bij beide jongens bleek dat vrij rap champignons te zijn. Dat snap ik helemaal niet, want ik hou érg van champignons, maar alla. Ik ken gek genoeg echt meerdere mensen die daar op willen spugen. Ik ken ook een aantal mensen Vriendin2+T maar ik noem geen namen die geen kaas lusten. Hoe is dat mogelijk? Maar dat terzijde.

Natuurlijk maak ik gewoon diverse maaltijden die vergeven zijn van de champignons, zo aardig als mijn moeder ben ik blijkbaar niet, maar die mogen ze er dan uitvissen. Zonder dat ik woedend word.

Zoon2 is vrij dankbaar om voor te koken. Zegt standaard: 'Maar dát ziet er lekker uit!' En roert er vervolgens zo'n beetje in, maar eet over het algemeen goed en als we macaroni koken doe ik dat voor zeven personen omdat hij vier keer opschept.

Zoon1 echter. Is werkelijk verschrikkelijk, als het om eten gaat. Eet eigenlijk alleen goed als het gewoon gebakken aardappeltjes, snijbonen en een vleesje is. De rest gaat met moeite. En langzaam. En tergend. En tot op het bot ergerlijk. En ja het is mijn lieve kind ja, maar ik wil hem soms waarlijk met de spatel op het hippe kapsel slaan en hem als een gans voeren. Dat doéoé ik niet, heus. Maar ik moet me inhouden.

'Dat lust ik niet' zegt hij bij aanvang van elk diner.
'Zeur niet, dat weet je helemaal niet' doe ik dan.
'Blerk, wat is het' vraagt hij met gezicht vol afschuw.
'Gewoon, lekker' doe ik dan heel irritant.

En dan volgt een ritueel waar iedereen zich aan ergert, inclusief Hond1 en Cavia2, maar waar ik toch aan vasthoud, omdat ook ik gewoon principes heb.

'Twéé bestekken in je hand'. 'Niét je hand onder je hoofd'. 'Ik zie een lege vork. Doe die vol.' 'Jaaa, nu iiiin je mond. Kauwen. Slikken. En meteen weer een hap maken.' 'NU'. 'Zoon1, eten. Nu. Volgende hap. Mét je mes en vork'. 'Jongen, als je nu gaat braken, dan heb je écht een probleem.'
En dit dan zeg maar keer vier.

Ik vind gewoon, je moet netjes eten. Thuis en bij anderen. Misschien is het er bij mij ingehamerd door mijn ouders, maar ik ben er blij mee weet je. Weet hoe bestek werkt. Weet dat je zegt dat eten lekker is. Vind eten ook eigenlijk altijd lekker. Omdat ik het heb leren eten. Zelfs broccoli.

Zoon1 eet tegenwoordig eerste helft van diner op gang. Omdat wij het niet meer aankunnen, spiegisch, dat hij het hele gezellige avondetenmoment verpest door zijn gezeur. Bij de eerste negatieve opmerking over het hem aangeboden eten, kan hij vertrekken en zit dan luid loeiend op de gang. Ik vind dat pedagogisch ja.

Na een tijdje ga ik dan kijken of hij al wat gegeten heeft. Zo ja, dan mag hij weer binnenkomen en begin ik met bovenstaande monoloog.
Nu ben ik over een heel aantal opvoedkundige zaken niet zo heel moeilijk, maar over eten. Wel.
Hij zal me later dankbaar zijn heus. Als hij bij zijn schoonouders gaat eten. Als hij uitgenodigd wordt door heel belangrijke mensen omdat hij de knapste en slimste persoon ter aard' blijkt te zijn.

En nu ging ik vanavond broccoli maken. Had een heel idee over gekookte groenten, bloemkool ook nog, en dat in oven en alles en fancy, en ik zette Echtgenoot in om de boel even klein te snijden, toen ik opeens IETS zag. Een onwijs gore en smerige dinges in de groente. Iets wittigs wat me misselijkmakend veel deed denken aan een made. Of iets.

'RAAHHHHHHH Echtgenoot, wat is DAT?' Deed ik luidkeels.

Oh nee, dat was heus niks, vond hij. Bij nadere inspectie bleek er meer ranzigheid in de groente te huizen, dus ik was meteen nogal rigoreus en wenste dat niet meer te eten. 'Nee, dat eet ik dus niet meer.' Verklaarde ik stellig.
Echtgenoot vond dat alles maar wat overdreven maar ik ben nogal overtuigend dus de hele bende werd weggegooid en daarmee mijn idee voor het diner en ook mijn liefde voor broccoli. Na al die jaren en geschiedenis.

Ik had in vriezer nog loempia's en deed iets met vlees en rijst en vond mezelf nogal inventief.
Zoon1 lustte het niet. Zat op gang.
En ik heb dus nu broccoli als verboden groente.
Waar Zoon1 juist zo van houdt.

Het is gewoon een slagveld.



dinsdag 24 september 2013

Mijn vader is een hipster.

Mijn moeder vroeg zich gisteren op Facebook af wat een hipster nou eigenlijk is. Is het ondergoed? Is het een iemand?
Zij kreeg twee heel zoete antwoorden eerst, van twee dames die bevestigden dat het, inderdaad, ondergoed is. 'Met van die pijpjes'. Daarmee leek de kous af. Ik zag mijn moeder denken: 'Ah. Gelukkig. Ik dácht al zeg.'

Echter daarna kwam een antwoord van een man die wist dat het iets met een baardig iemand betrof. En mijn moeders verwarring begon weer op te spelen natuurlijk. En terecht. Toen kwam ik zelf met een antwoord, zoals een meisje dat netjes doet als je moeder wat vraagt, met een summiere uitleg op haar eigenlijk best ingewikkelde vraag, waarop ik het antwoord eigenlijk ook maar half weet.
Het is een soort onderbroek én een persoon die heul hip is en zogenaamd niet met de standaard mode meedoet maar die allerlei soorten mode aanheeft en dus wel met een soort mode meedoet. Schreef ik.

En het intrigeerde me. Het intrigeerde me laatst ook al, toen we op VriendinnenBorrelAvond op het onderwerp kwamen, waarop VriendinT een gedetailleerde beschrijving gaf van wat De Hipster zoal placht te dragen. Zij weet dat soort dingen altijd heel handig.
Ik vond er wat van, en googelde zo nog eens wat.
En kwam op een aantal sites waar eigenlijk opstaat, wat ik ook al schreef, maar dan wat uitgebreider en ook wat negatiever, eigenlijk.
Het is een 'stroming' en het is een 'way of life'. Zeggen de Hipsters.
Het is een 'pseudo-houding' en het zijn 'Aanstellers'. Zeggen alle andere mensen die er 'onderzoek' naar hebben gedaan.
Daar klinkt een stuk jaloezie in door, als je het mij vraagt. Of oprechte afschuw. De lijn is dun, daartussen.

Nadat ik nog wat verder las en plaatjes bekeek natuurlijk, kwam ik feitelijk tot niks nieuws.
Het Hipsterschap bereik je, wat ik ervan geleerd heb, niet zomaar. Je bént er eentje. Je kunt er wel eentje worden, maar alleen met de juiste instelling en het bezoeken van de juiste winkels, kroegen en het luisteren naar de juiste muziek. En dan niet omdat je een hipster wilt wórden, maar omdat je opeens het licht ziet en het vanuit het diepst van je hart ontdekt te zijn. Soort uit de kast komen, dunkt me.

Een Hipster luistert naar bandjes die niemand kent maar die binnenkort heel bekend zullen zijn. Dat is overigens best een knappe gave, vind ik. Nooit zullen ze toegeven dat ze soms heel hard meezingen met René Froger. Dolly Parton daarentegen is juist weer heel Hipsteresque. Schijnt. Moet je ook maar net weten.
Zij kopen hun kleding bij tweedehandswinkels, wat overigens ook een ander groot deel van de wereld doet, maar dat ziet de Hipster liever niet zo. Zij zijn anders en aparter en, vooral, hipper. Maar zogenaamd niet op de H&M-manier. Want dat kan natuurlijk niet, want daar loopt iederéén in. Dat hun voorkomen rechtstreeks uit de etalage van de H&M-Divided afdeling komt, daar kijken ze niet naar kennelijk, door hun grote bril.
Het uniform van de Hipster bestaat uit een skinnybroek (net als de rest van, wederom, de wereld) en 'een shirt'. Woeh, gewaagd?

Het gekke is, dat de officiële Hipster, dat niet van zichzelf zegt. Neen, want ze willen geen etiket op zich krijgen. Nu schijnt niemand dat te willen, hoor ik wel eens, maar de Hipster al helemaal niet, want stel dat ze vergeleken worden met anderen.
Echter kijkt men op Instagram, dan staan daar nogal veel foto's van mensen op die zichzelf hashtaggen als #hipster. Verwarrend, kortom. Zijn ze het dan wel of niet?

En het is allemaal nog veel lastiger. Als rechtgeaarde Hipster vind je bepaalde dingen afschuwelijk, maar andere dingen juist weer wél heel cool. En daar is geen pijl op te trekken. Want het bruine café, zoals ik er bijvoorbeeld graag kom, dat kan dus echt niet. Tenzij er natuurlijk een obscuur nieuw bandje in speelt dat je moét zien.
Muntthee drinken, u weet wel, water met grote groene takken erin, dat is wel ok, en dat vind ik bijvoorbeeld bijzonder storend en heel erg 2012, maar de hipster vindt dat dus opeens wel weer heel erg goed. Bier is goed, rode wijn ook, maar witte weer niet. Nu, u snapt al wat ik daar van vind.
Een ouderwetse stoffen tas, zoals men die vroeger altijd al gebruikte kan juist wel. Ik zeg hoezee voor alle basisschoolkinderen die daar hun gymspullen in bewaren. Ik heb er eentje met snorren. En dat kan dus echt niet. Waren het brillen geweest, dan weer wel.
Televisie kijken is voor Zara-lievend gepeupel. Vegetarisch eten is voor de Hipster.
Hoewel ik heel zeker weet dat er vele hipstermeisjes zijn die op maandagavond met een blik knakworsten in de knuistjes naar Greys Anatomy kijken. Echt wel.

Het lijkt me zo lastig. Je wilt wanhopig nergens bijhoren, maar ondertussen hoor je bij de zo ongeveer meest makkelijk aan te wijzen doelgroep die er is.
De mannen hebben baarden en langig haar, of juist half kort. Dragen mutsen. En brillen. En Allstars. Alsof die niet gewoon al 30 jaar in de mode zijn.
De meisjes kijken door hun pony wat wazig de wereld in en staan op elke foto met afhangende ranke schouderkes alsof ze net niet hun nieuwe geruite mouwloze blouseje hebben aangedaan, maar de hele middag met hun kind op de schouders in de indoor speeltuin in de ballenbak hebben gerend.
Dat doet een Hipster dus nooit he. En daar kan ik dan wel weer inkomen. Of nee, misschien juist weer wel? Ik ben confuus.

Het haar bovenop het hoofd in een knot, dat weet iedereen, is heul hipsterwaardig. Maar eigenlijk al niet meer omdat iedereen dat nu doet. Stel je voor het dilemma van de Hipster in de ochtend. Knot of niet? Jamaar de buurvrouw had het ook. En die draagt een Esprit-jas, wat écht niet kan. Of kan het vandaag juist wel? HELP!

Volgens mij was je vroeger gewoon punker, alto, kak, hippie, en weetikwat. Heel duidelijk en heel aanwijsbaar en met een handige lijst van te dragen kledingstukken. En dan hoorde je bij zo'n groep. Dat vond je leuk. Met z'n allen dat zijn.
De Hipster is liever alleen. Hoort niet graag ergens bij. Maar toch tref je ze in groepen aan.

En zo kwam mijn moeder op Facebook tot de conclusie, dat mijn vader een Hipster is.
Dit maakte zij op uit een aantal harde feiten:
De baard;
De geheel eigen manier van kleden, zonder met de mode van de dag mee te gaan;
Om dan soms opeens heel hip uit de hoek te komen;
Trekt zich niks aan van anderen, in elk geval nooit hardop, maar in zijn hart ook niet;
En hoort dan opeens toch bij een bepaalde groep.

Och. Wat moest ik lachen. Serieus, urenlang. Hoewel het niet eens grappig bedoeld was. En toen ik zeg maar weer bij adem kwam, dacht ik er over na. En ja, ik ben het ermee eens. Mijn vader is een Hipster. Yaaay vader!

Nee maar kijk. Mijne pappa:


En kijk nog eensch aan. Dit is 33 jaar geleden. Mén, wat een trendsettert.










maandag 23 september 2013

Maandagmorgen gewoon

Zoon2 meldde vanmorgen vanuit zijn sponde dat hij vandaag niet naar de kleine school zou gaan. Hij moet daar namelijk altijd zoveel 'opruimen' vindt hij. En daar heeft hij geen zin aan.
Aankleden wilde hij wel, want een nieuwe broek, eten ging ook nog wel, gooide traditioneel zijn beker drinken om en toen het tijd was om naar buiten te vertrekken, bedacht hij zich weer dat hij niet ging.
Ik haalde hem over door hem te vertellen dat zijn Vriend1 toch ook zou gaan en dat het heus niet leuk was om hem alleen te laten.
Nou, vooruit dan maar, hij wilde dan eventueel wel mee naar buiten op de fiets, mét de rugzak om, maar daarna zou hij gewoon weer met mij mee naar huis gaan hoor.
'Ja hoor, we zien wel he' deed ik vaagjes.
Eenmaal bij school bleef hij bij zijn punt en hield jas en tas gewoon bij zich.
'Kom nououu' deed Vriend1.
'Neeheeeee' zeurde Zoon2.

Vriendin2 (Moeder van Vriend1 en met Kind3 in buik) grinnikte zo'n beetje en vroeg zich af hoe ik dat eens ging oplossen.
'Ja nou, je gaat dus maar gewoon naar binnen hee' wist ik niks beters te verzinnen.

En net toen ik me opmaakte voor drama en toestand, zuchtte Zoon2 heel overdreven en trok met rollende ogen zijn jasje uit.
'Vooruit dan maar' gaf hij toe.

Kijk, dat viel weer alles mee, zo voor de maandagmorgen, vond ik.

En op ons gemakje liepen Vriendin2 en ik terug naar huis, en hadden het zo over beschuit met muisjes, gordijnen voor de babykamer en meer belangwekkende zaken inzake de nogal vergevorderde zwangerschap van Vriendin2.

Ook hadden wij het over het weekend en wat we zo gedaan hadden en alles en dat we geen zin hadden om boodschappen te doen. Heel uitstekende onderwerpen zo op de vroege ochtend, kortom. Ook lachten wij nogal om mijn ontstoken oog, dat ik opeens sinds gisteren heb en daarom vandaag met bril loop in plaats van lenzen. Vorige week donderdag kwam ik des ochtends aanzetten met een gruwelijke kater, vanwege een feestje de avond ervoor, en omdat ik toen met zonnebril liep en er feitelijk niet uitzag, dachten mensen dat ik ontstoken ogen had. 'Haha nee hoor' zei ik toen zwakjes en misselijk terwijl ik me eigenlijk vooral moest concentreren om rechtdoor te lopen en niet om te vallen. 'Gewoon een beetje slecht geslapen'.
'HAHAHAHAHAHA' brulde Vriendin2 toen. En nu was ik fris en alles en had ik potdorie wel een ontstoken oog.
Het kan toch raar lopen.

Maar het goede nieuws is, dat ik gisteren een fabulous nieuw kettinkje kocht, voor het fijne bedrag van 5 euro. En ik ben daar blijijijij mee. Werkelijk. Kijk!



dinsdag 17 september 2013

Het B-diploma en krentenbollen en alles.

Ergens in 2012 schreef ik er over, de zwemles van Zoon1. Dat hij er eindelijk op zat en alles.
En sindsdien zaten wij elke maandagmiddag te zweten in het kleine kleedkamertje, stonden we 3 minuten te juichen en te zwaaien aan de rand van het zwembad en daarna óf in de zon buiten, of als het regende, weer zwetend in de kleedkamer. Ja, mooie tijden.
Toen het kind zijn A-diploma haalde, was ik natuurlijk in mijn nopjes. Ook al omdat hij nu niet meer zou verdrinken, ja, maar ook best wel omdat ik het einde van de zwemles al bedacht. Maar neen, heden ten dagen en in al deez' moderne tijden, gaat het kind van tegenwoordig minstens ook voor het B-diploma. Nou. Dat was vroeger wel anders hoor. Ik was potdorie blij met mijn opstiksel van het A-tje voor op mijn badpak, wat ze nu niet eens meer krijgen, en die B, ach die B, die was voor waarlijk sportieve kinders.

Maar nee nu niet hoor, de kranten schrijven er veel onzin over, alle kinderen uit de klas gaan voor minstens vier diploma's en toen Zoon1 er ook nog eens achter kwam dat hij voor zijn piloten-toekomst het B-diploma moet hebben.... gingen we er maar voor. Ik vind persoonlijk, zwemmen is zwemmen, en zwemmen is nietverdrinken. Meer heb je niet nodig dunkt me. Maar wie ben ik.

Dus zitten we tegenwoordig op de woensdagmiddag in het bloedhete gebeuren hier in Het Dorp en alles leek voorspoedig te gaan. Ja hoor, binnen drie maanden is het meestal wel goed hoor, dan halen ze het wel, hoorde ik heel olijk van andere moeders en toevallige voorbijgangers. Dus ik rijd elke week met zakken krentenbollen en pakjes drinken direct uit school met de jongens daarheen en ik ving positieve berichten op van Zoon en van de akelig sportieve en wijdbeens-staande juffen. 'Ha Zoon, dat doe jij goed zeg, nog een paar weken en hoplaaaa, dan zijn we er voor een paar jaar vanaf!' Deed ik nogal jolig. Voor mijn doen, als het over sport gaat.

En het gíng ook goed. Tot twee weken geleden.

'Ik wiiiiiil niet meeeeeer' kwam Zoon1 des avonds uit zijn bedstede zetten.
'Ah joh, nog even, je doet het hartstikke goed! En nu naar bed.' Voedde ik op.

Hetzelfde vorige week, op de fiets.

'Ik ga naar huis. Ik ga niet.' Mopperde de jongen.
'Jamaar ik heb krentenbollen en alles' haalde ik hem over. 'Komaan, we zijn er bijna. Je kan het juist zo goed!!' Ook nog.
En ik kleedde het arme kind midden op een bloedhete dag om in een zwembroek, lange broek, lang shirt en dichte schoenen, terwijl ik zelf in een hemdje en op slippers zowat overleed daar.

En toen kwam de juf aan het eind van de les naar me toe. Ja, Zoon1 kán het wel, maar hij is wat betreft het onderwaterzwemmen die hele zes meter nét te langzaam en dan komt hij niet door het gat heen.
Oh. Zei ik.
Dus, zo bleek, als hij het komende woensdag (morgen) ook niet kan, mag hij niet afzwemmen volgende week.
En zo stuurde ik Echtgenoot en Zoon1 dit weekend naar het zwembad om te oefenen. Maar nee, we leggen verder geen druk op hem of zo hoor, zo overlegden E en ik. Heus niet. Maar het zou toch wel HEUL fijn zijn als hij het nu gewoon even kan zeg maar.

En gisteren ging ik mijn bloedje nog even stiekem kussen terwijl hij sliep, maar hij bleek wakker te zijn, en in tranen. Want wil niet meer zwemmen.
Aiiiii. Dacht ik.
En hing een werkelijk heel goed verhaal op, over dat iedereen bepaalde dingen heeft waar hij heel goed in is en niet zoveel moeite voor hoeft te doen, maar dat sommige dingen wat moeilijker zijn, en als je maar je best doet, dan lukt het waarlijk wel. En als het dan toch niet lukt, ook al niet erg. Dan is iedereen ook trots. En houden we van je. En krijg je heus ook wel een cadeautje, voor alle moeite. Probéér het nou. Je kán het. Ik heb alle vertrouwen in je. En ik weet dat je je best doet. Echt. En, schatje, je bent eraan begonnen, dan moet je het toch afmaken. Niet zomaar afhaken. Al heeft je moeder dat al vaak wel gedaan.EN WEET JE WEL WAT DIE ZWEMLES HIER KOST HEE.
Neen, neen, hij zag het toch niet zitten. Dikke tranen.
'Jamaar liefje, het is nog maar twee keer. Dan is het over. Hoeven we nooit meer. En je vond het toch leuk ook?'
Ja, hij vond het eerst wel leuk. Maar nu niet meer.

En ik weet wel waarom. Het kind zit alles nogal mee, tot nu toe in zijn leven. Doet het nogal goed op school, zelfs soms best wel beter dan de rest. Heeft een goede vriend, een aantal ook heel leuke vriendjes. Een zeer goed kapsel. Nogal leuke familie. Een lollig broertje. Geen zorgen. Hoeft niet voor veel dingen moeite te doen.
Maar faalt nu met het zwemmen.

En, heel eerlijk. Ik zou ook willen opgeven. Heb serieus overdacht om hem mee te geven, dat als je ergens zo ongelukkig van wordt, dat je het dan niet moet doen. Hang dat principe zelf nogal aan.
Maar Echtgenoot kwam met andere principes aanzetten, waar ik me eigenlijk ook best wel in kon vinden, bij nader inzien. Van doorzetten, van niet opgeven, van accepteren dat je niet in alles heel goed kunt zijn en moeite moet doen soms, meer dan een ander ook wel eens.
Lastige kwestie.
Vooral omdat hij vanavond weer vrij ongelukkig in zijn bed lag. En ik kuste tranen weg en wapperde zo met mijn handen van 'aaaah kiiiind, komt goooooeeeeed en echt waaaaaar en nog eeeeeven' en wist het verder eigenlijk ook niet meer zo goed.
Natuurlijk gaat hij morgen zwemmen.
Hoeft zeker niet zijn C-diploma te halen als hij dat niet wil, en ik vind het te waarderen dat hij dat niet wil omdat hij dat gewoon niet nodig acht, ook al heeft zijn hele klas honderd diploma's en kunnen diepzeeduiken en duiken met een gewicht aan hun voeten en weet ik wat ze allemaal leren.

Ben er alleen nog niet over uit, dat als hij inderdaad dit kwartaal zijn B niet haalt....moet hij dan nog een kwartaal. Of laten we het erbij en gaat hij lekker verder met schaken en eventueel een andere sport die hij wel leuk vindt. Ik sleep met liefde nog een paar maanden door de sneeuw en regen met krentenbollen en Zoon2rond natuurlijk. Zo ben ik heus. Maar wat doen we.
Eerst maar eens hopen dat hij morgen door dat verdullemse gat zwemt. En dan volgende week weer natuurlijk.
Ik proost er maar op, daar geloof ik toevallig in. Hopelijk ook de juffen met de enge badpakken en de slippers en de omgeknoopte handdoeken die wijdbeens sportief staan te zijn. Brr.