zaterdag 30 november 2013

Lik niet in mijn gezicht met je schijtbek!

Ja hoorrrr, de nageltjes zijn geknipt!

Niks nie mooie schaar, niks nie toversteen. Het waren harde woorden, NOGAL wat geschreeuw uit de mond van Zoon2 en het zweet op hoofd, in nek en op oogbollen van mij. Maar, mooie nette kleine voetjes.

Daarna was ik een 'Rot' en een 'Stomme lieve mamma!' maar dat kon later weer goed gekust worden. Tot de volgende keer maar weer.

Vlak daarvoor maakten wij onze huiselijke traditie mee, die heet: Hoe het schoen-zetten uitmondt in een oorlogsgebied. Heel gezellig allemaal.
Nadat de jongens de Schoen Kalenders in hun schoeisel hadden gedaan, en daarop was aangetekend door Piet wanneer ze de schoenen weer mochten zetten, was er eerst wat onvrede aan de kant van Zoon1. Namelijk mocht hij sinds vorige week zaterdag nog maar twee keer zijn schoen zetten tot pakjesavond, en in zijn klas blijken kinderen kennelijk véél zoeter te zijn, want die zetten bijkans daags de slofjes voor de haard. En waarom dat dan wel zo is?? Vroeg Zoon1 op hoge toon.
'Ja weet ik het. Zeur niet zo.' Wapperde ik het weg.

Maar het bleek afdoende. Soms is het allemaal simpeler dan je denkt.

En dus vanavond pakten ze hun schoenen, vulden deze met appels en mandarijnen, omdat hooi van mij niet meer mag, na het gedoe van de vorige keer toen ik vier dagen later nóg stukken hooi tussen de bank terugvond. en begon ik mijn betoog, want ik leer snel.
'Jongens. We zingen drie liedjes. Eentje mag Zoon1 bedenken, eentje Zoon2 en de ander pappa en ik. En we zingen allemaal mee.' (Dit nadat wij potdikke na 13 liedjes de vorige keer nóg niet klaar waren, volgens de Zonen. En na de andere keer, toen er grote ruzie ontstond, wié welk lied mocht bedenken, inzetten en of er bij gedanst mocht worden, of er meegezongen mocht worden..etc.).

Zo, dacht ik in mijn nopjes. Ik ben opvoedert en heb alles onder controle. Ha!

Maar toch, terwijl ik toch steeds oplette en helemaal niet afdwaalde of iets, ontstond er weer geschreeuw, gekrijs, ruzie, rondrennende Zoon2, woedende Zoon1 en Echtgenoot en ik die uitgeput op de bank zaten. En dat alles om een paar liedjes.

Zij wij de enigen bij wie dat zo gaat? Ik vrees van wel. Steek niet hand in eigen boezem. Het is me waarlijk een raadsel allemaal.
Dacht er nog even aan om geen cadeautje maar wel zuur gedichtje in schoen te doen. Van Sint heel in mineur, over al dat gezeur. Maar vind dat zielig, zo ben ik ook wel weer. Dus nou ja. Tot de volgende keer maar weer.


En wat betreft de schijtbek mensen, ik weet dat u met spanning wacht. Dat heeft te maken met Hond1. Die potdorie de hele tijd poep eet. POEP EET! De paarden hier in de omgeving hatselen altijd hun hele boel maar op straat, de hondenmensen in de buurt denken niet aan hun zakjes, (en dat in Bloémendaal!!) en de katten hier kakken ook maar wat af.
En Hond1 die vindt dat maar wát smakelijk zeg.
Daags komt Echtgenoot met braaksel in zijn mond thuis, vanwege omdat Hond1 weer een hapje heeft genomen van het een of ander excrement. Hij smult ervan, likt zijn lippen af, en springt daarna liefst op schoot om zijn liefde te uiten door middel van het likken in iemands gezicht.

Navraag leerde mij dat Hond1 niet een buitengemene hobby heeft. Honden doen dat. Wist ik serieus niet. Wist wel dat Hond van mijn ouders dat ook doet, maar dacht dat hij wellicht een bepaald hondensyndroom had, hij maakt ook varkensgeluiden immers. Weet ik veel.

En omdat vooral Echtgenoot het allemaal niet meer aankon, riep hij van de week de historische woorden: Lik niet in mijn gezicht, met je schijtbek!!!

Ik lachte daarom onbedaarlijk en best onbehoorlijk hard trouwens.
Gelukkig kunnen we dat altijd nog wel. Ondanks alle toestand zeg.





woensdag 27 november 2013

De Nagelknip Toversteen.

Vandaag wil ik het er even over hebben dat ik hier zo net genoeglijk in mijn keuken ging zitten met een wijn en de laptop en alles, en dat ik niet zozeer een onderwerp voor dit stukske had, eerst maar wel opeens maar liefst twéé titels. Ja, de dilemma's van de stukskesschrijvert. Het is alles verder een beetje goor verhaal, maar omdat ik verder normaal altijd zo zoet vertel, kan het wel.

Titel 1: De Nagelknip Toversteen.
Titel 2: Wil je niet mijn gezicht likken, met je schijtbek?

Ja, heel illustere titels. Helaas niks anders dan de waarheid.

Punt1 kwam vanmorgen ter sprake. Ik ging met Zoon2 op de koffie bij mijn moederke en terwijl wij het zo hadden over het aankomende Sintfeest, de idiote man die voorbij kwam fietsen, hoe wij de afzuigkap poetsen en de kippen van mijn moeder die alleen van witte druiven houden, vertelde ik tussen neus en lippen door, over de voetjes van Zoon2.
Het kind keek me vanonder zijn belachelijk lange wimpertjes reeds wantrouwend aan, maar daar trok ik me lekker niks van aan.

Het is namelijk zo, dat hij al een paar weken weigert zijn teennageltjes te laten knippen. Zo verhaalde ik. En natuurlijk heb ik alles al geprobeerd. Met lieve stem het honderddertig keer vragen. Woedend met de heggenschaar dreigen. Cadeaus en chocola in het vooruitzicht stellen. Hem in het hoofd prenten dat als hij nog langer wacht, ik de huisarts zal moeten bellen. Die hem dan zal beknippen. Óf met een mesje de nageltjes uit zijn teentjes zal moeten snijden.
Huiverend zag ik het allemaal voor me.
Zoon2 interesseert het niks.
Ik mimede dat ik de huisarts aan de telefoon had:

Ik: Hallo dokter? Heeft u de messen al scherp? Dan kom ik morgen even langs met Zoon2.

Waarop hij me aankeek, zei: 'Jij rot dat je er bent' en naar zijn kamertje vertrok. Mij achterlatend met een schuldgevoel, dat nergens voor nodig bleek te zijn.

Mijn moeder had de oplossing.
Zij vertelde vol smaak over het práchtige zilveren schaartje dat zij in het bezit heeft. En de Steen-Waardoor-Niks-Pijn doet.
Nu, daar had Zoon2 uiteindelijk dan toch wel, eventueel, enige interesse in.
En zo togen wij naar huis, met de schaar, met de steen, die Zoon2 doopte tot Toversteen. Als je die in je handje houdt, terwijl je moeder je nageltjes knipt, doet het wonderwel geen pijn! Oeh wat een mooi verhaal. Wij hadden het er de hele middag over.
En toen hij uit de douche kwam en ik aanstalten maakte tot het KnipMoment, zei hij: 'Nu, dat zien we nog wel he.' En liep weer weg.

Er is niks aan te doen. Hem vasthouden en het met geweld doen, is geen optie. Dus ik zal de komende dagen maar dooremmeren over de Nagelknip Toversteen.
Die in mijn portemonnee heel mystiek zit te zijn. En ik heb ondertussen elke ochtend last van de scherpe nageltjes tegen mijn benen, als hij knus naast me kruipt. Maar vooralsnog ben ik de enige die er last van heeft, kennelijk.
Misschien moet ik met de Steen in mijn knuistjes gaan slapen. Wat zou mijn moeder daarvan vinden.

Oh. De schijtbek? Dat komt morgen.




maandag 25 november 2013

De scheuren in mijn moederhart.

Zoon1 weet van Sinterklaas. Dat hij niet écht is. Dat heb ik hem verteld, omdat ik niet anders meer kon. Ook al brak mijn hart een beetje.
Vorig jaar al, begon hij wat vragen te stellen, over hoe het kon dat er elke keer een andere mijter op het hoofd van de diverse Sinten staat. Waarom de ene staf veel krulleriger is dan de ander. Hoe ze eigenlijk binnenkomen om schoentjes te vullen. Zulks.

Daar praatte ik me wel zo'n beetje uit, op meer of mindere educatieve wijze. En het geloof bleef in stand. Misschien met hier en daar een scheurtje, maar niks wat niet te plakken was met wortels in schoenen. Hoeraaaa, dacht ik aldus en pakte zo nog wat presenten in en strooide lustig in het rond met pepernoten en alles.

Dit jaar zag ik de scheurtjes groter worden. De vragen serieuzer en het gedrag allengs vervelender.
Zoon1 is zo'n type dat graag alles verklaard wil hebben. Antwoorden wil en uren van analytisch onderzoek niet uit de weg gaat. Dit gaat zo af en toe gepaard met driftbuien van bepaald schreeuwerige aard, maar ik snap hem dan wel. Hij houdt niet van half werk en wil gewoon alles weten en uitgelegd hebben.

Het liep een beetje de spuigaten uit. Eenmaal voor het Sinterklaasjournaal gezeten ('Met Diewertje Blok' brullen de Zonen dan in koor ) gelooft hij alles, zo lijkt het. Kijkt in spanning mee naar de Verdwenen Staf, roept verbolgen dat Echtgenoot en ik niet zo hard mogen lachen toen Sinterklaas op bepaalde wijze keek, toen Dieuwertje 'stout' was geweest, muhahha en stond in het weekend geduldig in de rij om den goeden Sint een handje te kunnen geven. Ook al had hij de verkeerde staf.

Maar de rest van de tijd was het boos en akelig en merkte ik aan alles dat er iets niet in de haak was. Las vervolgens op Facebook van ouders dat de helft van zijn klas inmiddels op de hoogte was en kon vervolgens dus wel makkelijk raden welke roddel er door de klas aan het zoemen was. Tot in de oortjes van mijn onschuldige Zoon1, die het allemaal dus al helemaal niet meer begreep.

De afgelopen dagen probeerde ik met hem te praten.

'Liefjeeeee, wil je soms wat aan mij vragen?'

'NEEEEE' kreeg ik liefdevol terug.

'Ik vind niks gek. En zal eerlijk antwoord geven. Bijvoorbeeld, als je wat over Sinterklaas wilt weteeeeen?'

'NEEE ga weg! Ik haat jou!' Was het antwoord van mijn nageslacht.

Dus. Dacht ik.

En de volgende dag net zo. Toen ik ook nog zo wat meierde over 'Gut, hoe denk jíj, mijn slimme zoon, hoe Piet bij ons binnenkomt?'
Was helemaal het hek van de dam.
Niks, wilde hij ervan weten. NIETS!

Maar ik wist dus al genoeg. Zo ben ik dan ook wel weer he. Vóór ik wijn op had ook nog. Helderheid alom zeg.

En gisterenavond lag hij in zijn kribbe en vleide ik me er zo'n beetje naast. En begon maar weer het gesprek. Dat ik hem wat wilde vertellen, een Geheim. Welnu, ondanks alles zag hij dat toch wel zitten.

En ik zei. Dat Sinterklaas ooit wel bestaan had, een échte. En dat dat alles reuzeleuk was en dat iedereen en alles maar cadeaus kreeg en dat dat nogal lang geleden was, héééél lang geleden. 'Toen jij een kind was?' Vroeg het kind opgewekt.

Nog véél langer geleden ja, hoor. Zei ik.
Maar dat de Sinterklaas die wij nu op tv zien. Iemand is die zich verklééd. Als Sinterklaas. Dat het niet echt is.
Dat wij de cadeaus in de schoen stoppen.

Ik zag hem bepaald verdrietig worden, van zulks een onrecht en leed. En ik werd een beetje misselijk.

En toen vertelde ik, dat ik ook iets van 8 jaar was, toen ik merkte dat het allemaal een beetje een grapje was. Een sprookje. Niet om iedereen expres voor de gek te houden, maar omdat het zó'n leuk feest is voor kinderen en iedereen, dat het zonde was om ermee te stoppen, dus dat het daarom doorgaat. En doorgaat.

'Ja' zei hij. 'Zoon2 vond gisteren een zak pepernoten in de kast.'

Dat ik die daar dus had neergelegd. Nadat ik de woonkamer er mee had rondgestrooid van de week.

'En jij stofzuigt altijd!' Was hij hogelijk verbaasd.

'Ja kind. Kun je nagaan.' Deed ik aardig.

Nou zeg, daar vond hij allemaal wat van. En hoe het dan kon, dat als er op pakjesavond een heule berg cadeaus in de gang staat?
Is dat dan van zomaar iemand??

Neen, ook van ons, zo verzekerde ik hem. En van Zuske en opa en oma.

Maar..maar...is dat niet HEUL DUUR? Zij wij rijk??? Wilde hij weten, en zag zich in een vliegtuig de wereld omgaan, dat zag ik wel aan hem.

Zo gingen wij een tijdje door. Ik droogde tranen, kuste wangen en kon de boel nog aardig verzachten door te zeggen dat hij nu bij de Grote Mensen hoort. En dat Zoon2 in geen geval hiervan mag weten. En dat pakjesavond hoe dan ook doorgaat.

Dat vond hij wel vet.
En vroeg vandaag nog zo het een en ander. Over waarom er dan zoveel moeite wordt gedaan, met journaal en Dieuwertje en ál die Pieten. Terwijl het nep is. Omdat dat léuk is, was mijn reactie. Ik kwam even niet op wat anders.
Dat vond hij nochtans een uitstekend antwoord.

Alles is dus nu weer rustig. Behalve mijn moederhart natuurlijk. Rap een wijn erin.

woensdag 20 november 2013

Herfst en Sinterklaas en alles.

Herfst, 1987-1997

Moeder: Oh bah, het regent. Kom hier liefje, ik heb een regenpak voor je.
Dochter1: Ja daaaag. Daar ga ik echt niet in lopen.
Moeder: Nou, doe niet zo raar, het is heel vies weer buiten. Kom, werk even mee.
Dochter1: Ja echt niet, ik ga niet voor schut lopen.
Moeder: Nou, waar slaat dat nu op. Je wordt nat hoor, en hoezo 'voor schut??'
Dochter1: Dat ziet er niet uit natuurlijk. Straks lacht iedereen me uit.
Moeder: Wat een onzin. Natuurlijk lacht er niemand, iederéén loopt met een regenpak in dit weer.
Dochter1: Weeehhhh. Ik wil niiiieeeet.
Moeder: Zeur niet. Hier, aantrekken nu.


Herfst, 2013-2023

Ik: Oh bleeerk, het regent. Kom hier mijn engel, ik heb een regenpak voor je.
Zoon1: Ja daaaag. Daar ga ik echt niet mee fietsen.
Ik: Nah, wat een onzin. Deze heb ik van oma gekregen voor jou! En het regent!
Zoon1: Echt voor schut. Echt niet.
Ik: Naahhh, waar sláát dat nu op. Je wordt zeiknat. En hahahhaa, voor schut? Serieus?
Zoon1: Iedereen lacht me uit.
Ik: Wat? Wie? Alsof je moet letten op anderen. En al helemaal niet op anderen die aan uitlachen doen.
Zoon1: Weeeehhhhh. Ik wil niiiiieeeet.
Ik: Gloeiendegloeiende. Hier, aantrekken NU!


Sinterklaasperiode 1987

Moeder: Vanavond mogen jullie je schoentjes zetten, liefste dochters die ik mij maar ooit kon wensen!
Dochter1+2: Jeeeeejj!
Moeder: Nouou, wat zou er in zitten!
Dochter1+2: Misschien pepernoten of nieuwe sokken of misschien wel een heuse chocoladeletter of een rolletje plakband!
Moeder: Nounou, je kunt niet alles verwachten, wel?
Dochter1+2: Wij zijn reuze verrukt met álles wat we krijgen ja. Als het maar een pop met een snoezig jurkje aan is.
Moeder: Goed zo kinderen, en nu naar bed.


Sinterklaasperiode 2013

Ik: Zonen, vanavond mogen jelui je schoentjes zetten! Stelletje donderkoppen van mijn hart!
Zoon1+2: Jeeeeejj!
Ik: Nouou, wat zou er in zitten!
Zoon1+2: Heul veul natuurlijk en ook groot en mooi!
Ik: Nououou, je kunt niet alles verwachten, wel?
Zoon1+2: Wij hebben zelluf op internet gezien, op de website en alles, dat er voor ons door Zwarte Piet echt al heel veel is ingepakt, elke keer als wij namelijk op die link klikten en voor Zoon1 was er voornamelijk heel veel en voor Zoon2 was er een heeeeel groot cadeau dat niet eens door het luikje kon en dat door vier Pieten moest worden gedragen!
Ik: Damn.


Sommige dingen veranderen nooit. Sommigen wel. Potdikke.



dinsdag 19 november 2013

Onverkwikkelijkheid allover.

Momenteel zit ik in een vrij onverkwikkelijke griep-esque situatie. Gisteren begon ik mij daar te hoesten, dat Hond1 er geen brood van lustte zeg. Vannacht was ik wakker van 02.00-04.00 en ik was daar niet echt blijde mee. Ga ik potdikke een keer op tijd naar bed, slaap ik de halve nacht niet. Bepaald irritant. Ik keek zo op Facebook, op NU.nl en aanverwante zaken en nadat ik me vergewist had van het feit dat ik werkelijk álles wist van de akeligheid in de wereld, kon ik weer slapen. En natuurlijk nadat ik de Achterklap had gelezen, want dat is waarlijk waar ik me vooral voor interesseerde. Arme Trijntje, trouwens.
Terwijl ik heel zelf medelijdend in de sponde lag, dacht ik aan diverse zaken;

Dit weekend kocht ik mij namelijk een paar heel lelijke dingen die ik op de muur plakte. Het zijn rondjes in de kleuren roze en blauw, die je tegen de muur plakt, teneinde de gaten en butsen in de muur te verbloemen, die daar in komen door openzwaaiende deuren.

Ik liep er tegenaan in de Blokker hier in het Dorp, en ik was in mijn nopjes zeg. Nahh, voor 1 euro had ik nimmer meer gaten in de muren! Of nou ja, de gaten zitten er nog wel natuurlijk, vanwege omdat wij de koelkast deur niet zachtjes schijnen te kunnen open doen, en ook de deur in de gang beneden niet. KLATS gaat dat altijd hier. En niet alleen door Zoon2.
Maar, ik zou de gaten verhullen en ze zouden niet groter worden.
Vrolijk begon ik met plakken en testte daarna een keer of tien met openslaande deuren hoe ze heel mooi tegen het rubberen rondje aanklapten. Mooie bezigheid.

Slechts luttele minuten later twijfelde ik alweer. Wát een lellijke dingen op mijn muur.
Had ik eerst een witte muur met een beetje beschadigingen, nu heb ik een witte muur met beschadigingen en roze en blauwe, vrij grote, rondjes erop geplakt. Elke keer als ik er langs loop zie ik uit mijn ooghoek iets opdoemen, waarvan ik meteen denk dat het een spin of anderszins akelig beest is.

'HAHAHA wat heb jij nu weer?' Kwam Zuske ook binnen met haar mening.

'Wat is dat?' Rolde Zoon1 met zijn ogen.

'Hee, goed van jou, heb je er nog meer?' Kwam Echtgenoot met het idee het ganse huis onder te plakken.

En Zoon2 had nergens last van, die denkt alleen aan pepernoten en Sinterklaaslolly's die ik in een vlaag van verstandsverbijstering kocht.

Maar ja, om die dingen nu weer van de muur te halen, is ook weer zo wat. Zul je zien dat dat niet gaat en ik ook nog een soort aftandse plakzooi op de muur heb zitten. Gedoe, kortom, gedoe. En dat voor 1 euro. Och mijn leev'n.

Vanmorgen werd ik evenwel nogal akelig wakker en Echtgenoot zag dat allemaal zo aan en besloot de ochtend thuis te werken teneinde de Zonen te verzorgen en alles, zodat ik heel kwijnend en hoestend kon blijven liggen. Een goed man, ja.
Ik kreeg een broodje en thee en een appel en de Zonen kwamen mij luid huilend vertellen dat het zo érg was dat mamma zo ziék was.

'Jaaahh' kermde ik. Want dat is een voordeel van een mannengezin he. Die kijken helegaar niet op van een beetje aanstellerij. Die vinden dat een heel logische zaak. Kermen, kwijlen, huilen en hoesten. Niks nieuws onder de zon.

Ergens tussen de middag sleepte ik me uit bed, deed wat aan persoonlijke verzorging en nam een koffie, en toen dat allemaal redelijk goed ging, ging Echtgenoot naar zijn werk.
De ganse middag verliep een iet of wat slonzig, met een gruwelijke soort cholera-achtige situatie die ik liet zien op het schoolplein, terwijl Zoon2 met een mijter op in de modder danste, maar alla, we waren allemaal nog in leven, dus ach.

En normaal ben ik erg van de patat-tegen-ziek-zijn, nu kookte ik Echtgenoot een broccoli en paprika toestand en ik voel me waarachtig al stuk beter. Een wijn tegen het hoesten, een nieuw kastje van Vriendin L waar ik Mariabeelden op zette en de Zonen die zoet gingen slapen, en ik kan morgen heus de dag weer aan. Maar goed ook, want het is borrelavond morgen met de meisjes. En ik moet toch wel waarlijk zieltogend zijn om die te laten schieten.




donderdag 14 november 2013

Het doet al helemaal geen pijn meer.

Nou ik maak wat mede hoor.

Zondag vierden wij de verjaardag van de achtjarige Zoon1. Voor die gelegenheid stond ik 's ochtends om 10.00 uur op, om twee taarten te maken. Dit was nog allemaal niet zo makkelijk als dat zo klinkt, omdat ik namelijk pas een paar uurtjes daarvoor te bedde was gegaan. Feestje, kroeg, zulks. Maar hee, 's avonds een vrouw, 's ochtends een vrouw. Een iets minder appetijtelijke, maar dat zagen alleen de Zonen en Echtgenoot en die kunnen het wel hebben.

'Gaaahhh' zei ik desondanks. Toen ik wakker werd. 'Meeehhhhh' ook. Gloekgloekgloek dronk ik wat liters water en wankelde een ietwat uit balans de keuken in.
Maakte taarten, keek tevree naar resultaat en wilde net weer de sponde in gaan, toen bleek dat dat geen optie was. Vanwege aanwezigheid van kinderen in leven. Dus nou ja, dan maar douchen en wat rampbestrijding inzake haar en gezicht, koffie, eten, en toen ging het waarlijk wel weer.

En tegen het einde van de middag, met zang en cadeaus en familie en vrienden en nogal wat kinderen, klaarde ik compleet op. Ook al omdat het weer borreltijd was natuurlijk, maar ook al omdat ik het zo leuk vond allemaal. Want dat is dan wel weer zo he, naarmate de jaren verstrijken word ik niet alleen wat wijzer aangaande allerhande levenszaken, maar ook als het om verjaardagen gaat.
Zat ik de eerste jaren vooral verschrikt en vol afgrijzen in een hoekje te schommelen met mijn handen tot knuistjes gebald, mezelf te kastijden met de taartschep, heden ten dagen serveer ik taart, thee en wijn of ik niet anders doe. Oh.
In elk geval, niks dan leuks alom.

Ik werd de ganse middag uitgelachen omdat ik PER ONGELUK op Facebook had gezet dat Zuske en ik in de ergste kroeg van Haarlem waren geweest, en ik toen ook nog vol onschuld vertelde dat ik op de fiets nog een Turkse pizza naar binnen had geschrokt, zoals ik dat dan wel eens doe. Dat vond mijn familie allemaal maar niks en ook nog schandelijk bovendien. Ze hebben het beste met me voor, natuurlijk. Dat weet ik wel en dat waardeer ik heus enorm. Ik kon er ook heus om lachen. Ook al had ik daar een fleske wijn voor nodig.

En toen zeg, toen bedacht ik me de volgende dag dat ik nódig mijn haar weer moest verven. Want mijn uitgroei, echt leeeeeeelijk. Hup naar de winkel getogen, mijn favo extreme blondeer aangeschaft en ik zat 's avonds bepaald in mijn nopjes met verf, nagellak en een wijn een beetje girlsnight te houden zo in mijn eentje. Met Echtgenoot op de bank, die mij nog heel hulpvaardig aan de achterkant van mijn hoofd van verf voorzag. Het is waarlijk een nuttig mens, mijn mens.

'Oei' dacht ik na een half uur. 'Wat is dat voor gruwelijke pijn op mijne hoofd zeg?' Vroeg ik me zo af. Maar hee, ik ben daar geen aansteller he, dacht ik zo, dus monter bleef ik nog geruime tijd langer met de bende zitten, ondertussen met een vrij akelige sensatie van pijn op mijn arme hoofd. Toen ik kippenvel kreeg, overal jeuk op mijn armen en een lichte blindheid voelde opkomen, besloot ik heel verstandig de boel eens uit te spoelen. Ik weet heus wanneer het genoeg is.
Hotsa, wat zilvershampoo erin, ondertussen bekeek ik mijn zere oog, keek Echtgenoot mij bepaald wantrouwend aan vanwege mijn uitroepen van hel en verdoemenis en nadat ik helemaal was uitgespoeld. Was het lichtblauw, mijn haar.

'Naaaaahh wat leeuuuk!' Riep ik keihard, wat nog best knap was, want ik ontwaarde diverse nare brandblaren op mijn hoofd, was de jeuk niet over en was ik bovendien niet geheel lichtblauw, maar ook nog wat blond en grijs.

Na een fijne nachtrust van maar liefst zes hele uurtjes, stond ik verkwikt op, want ik had verwacht dat ik met zwerende bulten en een opgezwollen gezicht de dag moest aanvangen, en dat was niet zo. Meevallertje.

En nu is het best leuk zeg, zo in het daglicht. Blauwig, ja. Blonderig, ja. Wittig, ook. Helemaal wat ik bedoelde.

Van mijn moeder en de Vriendinnen kreeg ik nog het advies om dit niet nog een keer te doen. Vanwege de pijn en alles. Maar ik vind, een meisje moet toch wat, om leuk haar te hebben. Daarbij ben ik nu allerhande manieren aan het bedenken om de volgende keer op minder afgrijselijke wijze mijn haar te verven. Ik zal er alles over vertellen, vindt u leuk.
En trouwens, het doet al helemaal geen pijn meer.




dinsdag 5 november 2013

Serieus. Acht jaar hee.


Sérieus. Zei ik afgelopen week tegen mijn moeder. En Zuske. En Vriendin2. En elke toevallige voorbijganger. 'Zoon1 wordt 8 jaar. ACHT! Allemachtig. Ik heb een kind van bijna acht jaar'. En keek er bepaald maniakaal bij.

Ja, dat soort dingen dringen altijd maar met matige snelheid tot mij door.

Maar even, dat is toch niet te geloven. Er is een ware geboortegolf gaande om mij heen, en mijn kind wordt al acht. Acht jaar geleden was ik nogal zwanger en sloeg aan het baren, wat nogal schrikken was, vond ik persoonlijk.

En elk jaar sindsdien denk ik; 'Oooh werkelijk hoe is het toch mogelijk'. Dat het alweer zo lang geleden is, dat ik in die tijd zoveel kleuren haar heb gehad, en ook dat het kind toch waarlijk heel aardig aan het opgroeien is. Had ik natuurlijk ook wel gehoopt, maar ken mezelf. Ben niet zo goed met Cavia's en aanverwante zaken, dus dan maar aannemen dat je een kind een beetje redelijk laat opdrogen... Maar hee, puntje voor mij.

En wat doe ik dan zoal, de avond voor de verjaardag van het kind. Nou, nogal wat, zo bleek.

Dertig traktaties maken, bijvoorbeeld.
Nadat mijn moeder heel hulpvaardig met een Schateiland idee kwam en ik daar een plaatje met beschrijving bij kreeg, waarna Zoon1 zich bijkans verslikte van enthousiasme, kon ik niet anders meer dan dat idee uitvoeren.
Dus toog ik deze week naar diverse winkels voor vlaggetjes-met-een-piraat. Ja, niet te vinden dus.
Een cocktailprikker-met-palmboom. Bestaat niet.

Gloeiendegloeiende, vervloekte ik de irritant creatieve moeder die dat idee in een blad had gezet.

Maar hee, ik doe heus niet onder voor de eerste de beste creatieveling, dus ik bedacht een eigen versie op het geheel.
Waar Zoon2 schuimbekkend naar luisterde, toen ik hem dat heel opgewekt vertelde.
Hij is nogal van de beschrijvingen en Zoals Het Hoort het is dat ik wéét dat hij uit mij is gekomen, maar anders...

Ik stelde het kind gerust, schafte mij nogal wat attributen aan en maakte vanmiddag een prototype van het geheel.
Zoon2 was in elk geval zeer enthousiast, dat is altijd wel fijn aan dat kind. Zoon1 keek er naar, dacht even na, vroeg nog naar wat details en telde elk ding of ik wel genoeg had, en haalde uiteindelijk zijn schouders op en ging tv kijken. Ik vatte dat op als een groot compliment.

Vanavond ging hij schaken, wilde daar niet trakteren, want 'dat doet niemand', waar ik vanzelfsprekend een educatieve rol voor mijzelve zag weggelegd, als zijn moeder en alles. En wáárom zou je iets niet doen, omdat een ander het ook niet doet? En het is toch juist lééúúk als je trakteert? Wie lust er geen snoepje? Je moet altijd doen wat jíj leuk vindt. Maakt niet uit wat ander denkt.
Wat bleek; hij wilde toch niet, wilde al de aandacht niet en had er geen zin in.
Ik dacht er over na, vond dat eigenlijk ook wel heel authentiek en liet het kind gaan. Zo ben ik dan ook wel weer. En was er zat van.

Bij zijn thuiskomst voerde ik nog een lang gesprek met hem, over het feit dat hij dacht niet te kunnen slapen. Overmand door liefde gaf ik hem een aanzienlijk aantal kussen, vertelde hem dat hij niet naar beneden mag komen, vanwege omdat wij zijn cadeau misschien wel aan het inpakken waren. 'Heb je een cadeau??' Deed hij hoopvol.
'Mmm. Misschien. Was het eigenlijk vergeten. Je verjaardag' Deed ik mijn ouders na met het aloude grapje.
Waarna ik tien minuten bezig was om hem te troosten met zijn vreselijke moeder. Eind goed al goed, Zonen in slaap en Echtgenoot en ik aan de traktatie. Echtgenoot die heel zoet uitvoerde wat ik hem opdroeg te doen en ik mopperend over de inferieure kwaliteit van de door mij aangeschafte lekkernijen. Alles kwam goed.

Slingers ophangen. Ballonnen opblazen. Cadeautjes inpakken.
Wijn inschenken.
Oude foto's kijken.
Zuske berichten met foto van haar acht-jaar-jongere-zelf met haar Neef1 als baby.
Me verwonderen over mijn kapsel van destijds. En bril. En ik dacht steeds maar van oi oi, wat een lieve baby, wat een dikke baby en wat is hij nu groot. Mag helemaal niet meer in zijn billen knijpen. Hij corrigeert mij voortdurend over allerhande zaken en vraagt mij elke dag twee keer héél hard lachend hoeveel 100x100 is, omdat ik één keertje, toen ik even niet oplette ja, zei dat het antwoord duizend was.

Maar ja dus, morgen is het kind jarig. Krijgt zijn liefste wens als cadeau. Favo tante komt patat eten. En zondag hebben we Feest.
Ergens tussendoor zullen Echtgenoot en ik ons eens buigen over het kinderpartijtje, want dat is er nog even bij ingeschoten, maar komt ook alweer goed, heus.

En ik schenk me nog wat in, zal morgen hard zingen, veel kussen, taartjes serveren en waarschijnlijk een paar driftbuien moeten kalmeren, want acht jaar is een leeftijd voor mijn lieve Zoon1, waarop hij zijn leven erg serieus neemt, dat ook verwacht van zijn broertje en ouders en ik zie voor mij de taak, hopelijk nog tachtig jaar, om hem daarin soort van serieus te nemen, al zie ik de dingen af en toe zelf wat anders. Samen zijn we sterk. En zijn enorme humor zal ie wel van mij hebben, immers.


zaterdag 2 november 2013

Dag, auto. Tot Roze Champagne!

Het is toch wel een toestandje, twee huizen hebben. Dachten we bijna drie jaar geleden nog dat het een kwestie van weken was voor we onze zakken zouden vullen met overwaarde, goudstukken en diamanten, bleek dat toch anders te gaan. Blablacrisis, boeien hoe het komt, we zitten nog steeds met Huis1. Waar mijne Zuske al die tijd al fijn in woont en waar ik eens in de zoveel tijd met emmers sop en chloor doorheen raas teneinde een sporadische kijker maar zo frisch mogelijk te ontvangen.

Omdat het allemaal wel heel sporadisch begon te worden, met de kijkers, verhoogden wij de prijs. Immer optimistisch ingesteld dachten we dat we dan een 'ander segment' zouden aanboren, qua huizenzoekers en vermogende mensen. Wij gingen ons zelfs inderdaad makelaars jargon aanmeten. Nou, heel verrassend, kwam er niemand. Ik zag feitelijk voor mijn geestesoog heel Funda-kijkend Nederland heel hard lachend zich op de dijen kletsen en nog een bier nemen.
Evenwel hielden we de prijs toch een tijdje hoog.
Om die daarna weer te verlagen. Schoorvoetend diende zich zo eens een kijker of wat aan en hoopvol keken Echtgenoot en ik daags na het bezoek naar onze mail om vervolgens van meneer en mevrouw Makelaar te horen wat men zoal niet vond deugen aan ons mooie Huis1 of waarom het anderszins in elk geval niet gekocht werd door de mensen die wij zo hartelijk hadden laten ontvangen.

'Welkom' schreef ik heel olijk op het krijtbord, elke keer. Met een hartje erbij. Natuurlijk ook om mijn zuster een fijne thuiskomst te wensen na haar werk, heus.

Twee weken geleden hadden Echtgenoot en ik Een Gesprek. Wij schonken daar ruime hoeveelheden wijn bij, om de boel nog een beetje gezellig te houden, want we gingen het zo eens hebben over de financien. Nu kan ik waarlijk over een hoop dingen heel leuk kletsen, met wie dan ook, maar met Echtgenoot over financien...ai ai. En dat ligt geenszins alleen aan hem, welnee. Dat doen wij tesaam.
'Jamaar' en 'Oooh maar dat was daaaaarom' en 'Straks, als de dingen anders zijn...' en 'Ik heb dat NODIG! Dat SNAP je toch wel?' en
'Ik koop helemaal niet DE HELE TIJD dingen' en 'Dat is GEZOND!' Zijn zeg maar veel terugkomende zinsnedes.

Dit keer ging het goed. En wij besloten de prijs van Huis1 drastisch te verlagen. Zodat er wellicht eens iemand genegen zal zijn het daadwerkelijk te kópen, in plaats van alleen te kijken hoe leuk Zuske de boel heeft ingericht.

En huppetekee zeg, er staan nog net geen rijen voor de deur. Kijker na kijker dient zich aan. Ik dweil mij de blaren op mijn nagellak en heb een aan een maniakaal grenzend contact met mevrouw de Makelaar.

'Positief, positief', proosten Echtgenoot en ik met elkaar, elke avond. Een heel fraaie fles roze champagne, gekregen van Vriendin1, ligt al een tijdje demonstratief koud te zijn in de koelkast, voor hét moment dat we een bod krijgen. Dat er daardoor geen ruimte meer is voor worteltjes en broccoli en alles, dat is dan jammer. Prioriteiten he.

En met de goede hoop dat Huis1 binnenkort misschien dan toch echt verkocht gaat worden, bekeken wij nogmaals onze liquide middelen en het is dat we natuurlijk aan de wijn zaten, anders zouden wij bijkans bij de flessen neer gaan zitten.
Het doet wat met je bankrekening hoor, twee huizen, één baan, twee zoons, één Cavia2, één Hond1 en alles.

Dus wij dachten zo. We doen de auto weg. Een tijd geleden opperde ik zulks al eens voorzichtig bij Echtgenoot, die zich meteen verslikte in alles wat hij die dag tot zich had genomen, maar nu kwamen wij toch gezamenlijk tot dit idee. Ik kan persoonlijk, denk ik, prima leven zonder auto. Heb zelf geen rijbewijs. Ben opgegroeid zonder auto. En woon dichtbij alles wat mijn hart begeert. Dat wil zeggen, De Vriendinnen, Zuske, mijn Ouders, De Hennes, de School van Zoon1+2. En het station, voor als ik naar Vriendin3 wil of naar anderszins erg leuke dingen niet in Haarlem.

Voor Echtgenoot is het in eerste instantie een aderlating. Een auto is voor een man wel een 'ding' zo leerde ik. Nu zijn wij in het bezit van een aantal gemotoriseerde voertuigen, namelijk ook nog een scooter waarop E naar zijn werk gaat, en een heuse Harley Davidson, door E aangeschaft, in een moment van pure liefde voor het ding. Dat hij dat 'altijd al wilde' was mij in de afgelopen tien jaar ontgaan, maar alla. Wij kunnen onszelf dus heus vervoeren. Niet dat we met ons vieren op de motor weggaan, met paraplu's als dak, we wonen immers niet in Indonesië of iets, maar we komen heus ergens. Ook al omdat we nogal omkomen in de fietsen. Zoon1+2 zijn geen fans van auto rijden, behalve natuurlijk als we naar een pretpark gaan en als het regent, maar die zullen er dus wel overheen komen. Daarbij leerde ik vandaag nog dat er daadwerkelijk kinderen zijn zonder tv thuis, dus die van ons zullen ook wel wennen aan geen-auto.

Ja het is wat. Mijn moeder deed al heel troostend dat er diverse supermarkten zijn die voor heulemaal niet veel geld lekker thuis bezorgen, dat het heel feestelijk is om af en toe een taxi te nemen en dat ik immers niet beter weet. En ja, wij hadden vroeger thuis geen auto, was geen probleem. Echt niet. We wennen er wel aan.
Totdat we natuurlijk de roze champagne inschenken en direct tot de aanschaf van een auto overgaan. Dit keer een roze, zo vertel ik Echtgenoot. Ja hoor, mompelt hij, terwijl hij de dvd's van Top Gear bekijkt.

vrijdag 1 november 2013

Verwarrende tijden.

Er zijn zo dagelijks dingen waar ik danig door in de war wordt gebracht. Dat kan van alles zijn. Ik kan heel verontrust zijn als ik bijvoorbeeld iemand iets hoor zeggen over 'zaden en noten'. Op een of andere manier kan ik daar niet tegen. Daar wil ik verre van blijven. Ook al is er niet veel mis met noten, vind ik. Maar ik maak me daar druk over, dat het kennelijk een onderwerp is waar mensen het over hebben, en ik niet. En ik snap niet waarom dat een onderwerp is.

Gisteren hoorde ik op de radio niks anders dan het NSA-afluistergebeuren. Hoopte bijna dat ik bij toeval opgebeld zou worden door radiomeneer. Zodat ik kon zeggen; interesseert me niks. Kan mij het nou schelen dat NSA mij of ander afluistert. Ik zou het persoonlijk een stuk zorgwekkender vinden als Echtgenoot kon horen wat ik met Vriendinnen bespreek. Brrr.
Terwijl kennelijk veel 'gewone' Nederlanders er heel akelig van worden en niet meer durven slapen, dan wel bellen. Wat bespreek je dan in godesnaam, vraag ik me af. Hoe je kernraket maakt van maggiblokjes en kerriepoeder? Hoe je van plan bent om op eerstvolgende vliegreis een nagelschaartje in je bh wilt meenemen? Ik heb het aan de telefoon gewoon over recept voor zuurkool, of datum voor borrelavond.
Heb dan de indruk dat ik niks van de wereld snap, of dat er nogal veel aan mij voorbijgaat, omdat ik er geen mening over heb. Kan ook zijn dat ik de enige ben die de juiste instelling heeft. Namelijk niet de pessimistische of wantrouwende. Zal wel ergens in het midden liggen.

En over iets gezelligs gesproken; vandaag liep ik met Zoon2 en Hond1 door de buurt te kuieren, op ons vaste rondje rondom de school van Zoon1, waar we langs een leuk begraafplaatsje bij een bospad komen. Ik hou van kerkhoven. Ik vind het er prettig rustig, ik kijk graag naar data en namen van mensen onder de grond en ik knik altijd vrindelijk en met een aardig lachje naar de personen die daar lopen omdat ze waarschijnlijk daadwerkelijk iemand bezoeken want dat vind ik zielig.
Ik loop ook altijd langs het kinderrijtje, waar ik héél akelig van word, maar doe het toch. Zie kindernamen met verontrustend dicht bij elkaar liggende jaartallen erbij en schud dan treurig mijn hoofd, terwijl ik ondertussen aan Zoon2 vertel dat het heus geen pas geeft om héél hard te zingen, op deze plek. Ja, huppelen mag wel, maar niét op graven. NIET op graven, Zoon2! Bulder ik vervolgens over het tot dan toe bijzonder rustieke kerkhof.
En toen viel mij wat op. Op heel veel plekken stond hetzelfde potje met witte bloemen. Op opvallend veel plekken dezelfde pot met dezelfde bloemen. En toen bedacht ik me dat ik de dag daarvoor een busje op het terrein zag rijden van een tuin-achtig bedrijf en dat ik me toen nog afvroeg waarom zo'n hele bus door het hek naar binnen reed. Vervolgens keek ik op het bord bij de ingang waar altijd heel opwekkende berichten staan, in termen van het ruimen van graven en alles en daar hing ook een papier, dat je iemand kan bellen om je op te geven, zodat er kennelijk met regelmaat een pot bloemen op het graf van je naaste wordt gezet.
Dat vind ik raar. En verwarrend. Waarom doet iemand dat? Is het dan zoveel moeite om zelf even de boel te fatsoeneren, als je dat kennelijk belangrijk vindt? En wat heeft de dode of de nabestaande er nu aan dat er dan een saai potje bloemen neer wordt gezet, wat vervolgens op bijkans élk graf staat? Dat is dan toch niet mooi, of lief. Dat is aan wildvreemde mensen laten zien dat je héus het graf verzorgt. Waar je vervolgens zelf misschien niet eens wat van ziet. Laat staan de dooie.

Daar denk ik dan over na en kijk verward in de rondte.

Dat Zoon1 volgende week jarig is, dat ik nog geen cadeau heb, of een idee daarvoor, nog geen vastomlijnd idee voor partijtje, maar wel al heel duidelijk in hoofd hoeveel wijn en taart ik zal inslaan voor verjaardag op zondag, dat stemt mij ook onrustig. Maar hee, duidelijkheid in verwarrende tijden is fijn. Dus dan maar een mooi rond getal aan wijn in huis halen. Daar zal ik van opknappen.