maandag 26 oktober 2015

Het uitstapje, 18 vuilniszakken en stiekem spuwen.

We hadden een uitje. Zuske, de Zonen en ik. Gisteren gingen we naar Hoorn, naar Medemblik en Enkhuizen. Wij verplaatsten ons in treinen, een bus, een stoomtram en een boot. Qua vervoer was het dus al een uitzonderlijke dag, als je het mij vraagt. En dan heb ik het nog niet eens over de fiets.

In de nacht van zaterdag op zondag was ik misschien een beetje laat gaan slapen. Zuske en Vriendin2 waren op bezoek gekomen om een kommetje wijn te drinken, en wij hadden het natuurlijk over een hoop belangwekkende zaken, waardoor de tijd wat snel ging. Toen zij naar huis gingen, dronk ik mijn wijntje op, appte zo nog wat in het rond en liet Hond1 uit. Daardoor lag ik niet heel op tijd te bedde, maar er was het uurtje extra, waardoor het allemaal in de ochtend wat minder haasten was.
En ik hád een hoop te doen..

Het ontbijt voor de kinders, de broodjes, pakjes drinken, snoepjes en mandarijnen inpakken, want ik placht, net als mijn ouders, nooit geheel onvoorbereid op pad te gaan.
Op het laatste moment herinnerde ik mij het bestaan van Hond1, wat gek was, want ik had 'm immers een uur of vijf daarvoor nog uitgelaten, maar ik vergeet wel eens wat.
Het hondenkind kan natuurlijk niet zomaar een hele dag alleen thuis blijven, dus ik belde mijn moeder, regelde een sleutel bij de buurvrouw, bulderde wat in het wilde weg tegen de jongens inzake ruzie en schoenen en kwakte zo wat mascara in mijn ogen om een uitgerust en verfrist voorkomen te simuleren.

Om kwart over negen zaten we op de fiets. (Eigenlijk kwart over tien, mamma! Aldus Zoon1)
Wij ontmoetten mijn Zuske op het station, maar eerst zetten wij onze fietsen in de deugdelijke fietsenstalling. Ik zou mijn fiets normaal gesproken gewoon ergens tegen een hek aanflatsen, maar ik had Zoon1 bij me, en die is van de zoals-het-heurt, dus ik doe dan braaf mee.

Kaartjes, inchecken, perron 3, trappen op, en dan zaten we hoor. Ik was reeds uitgeput.

Maar het was leuk allemaal zeg, er was een stoomtram, er waren mannen in ouderwetsche kledij, er was een koffertje met speurtocht voor de Zonen, er was koffie in een tentje en er waren bordjes met 'Niet Rooken' en 'Niet Spuwen'. En hoewel ik graag rook, ik hou van zulke bordjes. Spuwen was ik evenwel toch al niet van plan trouwens, maar in vroeger tijden was dat kennelijk een probleem in stoomtrams, dus vandaar neem ik aan het bordje.
Toen de stoomtramreis over was, gingen wij op een boot, waar de Zonen begonnen te rennen, wat niet mocht, waar ik wilde rooken, wat niet mocht, maar waar verstoppertje wel was toegestaan, en ook zitten op het dek, kijkend in de einder, en heel hard lachen om mede-boot-genoten. Waar Zuske en ik ons dus enorm mee vermaakten.

Einde dag kwamen we weer in Haarlem. Moe, koud maar zeer in nopjes over de dag.

Zuske toog naar de kroeg, en ik met de Zonen huiswaarts.
Maar eerst nog de fiets pakken uit de stalling.
Waar mijn fiets ineens was verdwenen. Potdikke!

Zoon2 rende direct rondjes, op zoek naar een glimp van mijn roze mandje, ik was meteen in lichte paniek, want mijn fiets is waarlijk nogal belangrijk in mijn leev'n en na een spannende vier minuten, ontwaarde ik mijn geliefde vervoer. In een hóóg fietsenrek. Zo'n rek waar ik zelf nóóit mijn fiets in zou zetten. Want hoog. Lastig. Gedoe en dinges.

'Help! Zoon1! Hoe krijg ik mijn fiets hier af? ' Riep ik paniekerig naar mijn kind.

Zuchtend en met zijn ogen rollend, kwam hij mij te hulp.

'Okee mamma. Dit hier hou je vast. Dit trek je VOORZICHTIG naar beneden, en NIET gillen.' Kent hij zijn moeder langer dan vandaag.

'Wiiiiiiiihhhh!' Gilde ik. Terwijl ik heus voorzichtig aan het ding trok, dat met een groot kabaal naar beneden kwam en weer omhoog zwiepte.

'Mamma, doe toch eens normaal, wacht, ik doe het wel' Zei mijn nageslacht.

Waarop hij soepeltjes mijn fiets uit het rek haalde, terwijl ik erbij stond en keek.

Na dit kleine laatste avontuur gingen we naar huis, waar ik zowaar nog in staat bleek om wat diner in elkaar te hatselen en uiteindelijk helemaal gesloopt in mijn keuken zat. De jongens in bed.
Ik nam een kalmerend en ontspannend kommetje wijn, bekeek nog wat foto's van de dag en lag ook zeer op tijd in bed, naast Zoon2, heel gezellig.

Het was een mooie dag. Een gezins uitje, met mijn soort van gezin.

En vandaag was ik uitgerust, ik maakte mijn hele huisje schoon, fietste heen en weer naar van alles en nog wat, deed nuttige dingen, sjouwde 18 volle vuilniszakken van hun tijdelijke behuizing (mijn balkon) naar de container, dweilde al het goors wat daaruit kwam gelekt op, deed boodschappen, bracht oud papier weg, verschoonde mijn bed en bestudeerde langdurig mijn kapsel en mijn nagellak. Was tevreden, met welbestede dag, met goed weekend en bedacht mij einde dag, dat het toch waarlijk wel tijd was voor een wijntje in de middagzon.

En toen kwam ik de Echtgenoot tegen, op de fiets. Ik heen, hij weder. En wij zwaaiden zo van 'hee haai' alsof we vage bekenden zijn, die elkaar terloops in voorbijgaan tegenkomen.

En daar ben ik dan weer van slag van.
Kan dingen wel soort van op orde hebben soms. Realtiteit hakt er toch weer in. Ga alleen naar huis. Huis zonder vuilniszakken, maar ook zonder gezin en Echtgenoot. Zat ik maar weer in de stoomtram, dan zou ik misschien stiekem spuwen.







zondag 11 oktober 2015

Carrieremogelijkheden, de moordzuchtige hond en hoe stralend ik ben.

Van de week had ik het met Zoon1 over mijn carrieremogelijkheden. Het kind is van mening dat ik goed van pas zou komen als Bediende, of als Kapper. Een weinig verrassende conclusie, als je bedenkt dat ik in zijn ogen inderdaad zijn bediende ben, alsmede degene die zijn haar knipt.
Kennelijk is hij wel tevreden over hoe ik deze taken vervul, als hij mij dat ook voor geld zou zien doen.
Een twijfelachtig compliment. Maar alla, toch aardig van de jongen.

Deze conversatie kwam op gang, omdat ik een zeer deprimerend gesprek had gehad, aangaande mijn niet bestaande baan op dit moment.
De mevrouw met wie ik sprak, zei een heleboel dingen die ik al wist, een aantal nieuwe zaken waar ik niet perse van opkeek, en ze besloot haar relaas heel blijmoedig met deze woorden:

'Jij lijkt mij een leuk en normaal iemand. En weet je, als je alleen maar een werkende rechterarm zou hebben, ben je al geschikt voor verkeersregelaar. En anders haal je je diploma voor heftruck chauffeur.'

Daarna zat ik verbijsterd in de trein terug.

Ook was ik het niet met haar eens. Verkeersregelaar. Ze heeft mij duidelijk nog nooit door de stad zien fietsen met gevaar voor eigen leven en diverse omstanders. En ik denk ook dat als ze mij beter zou kennen, ze het wel uit haar hoofd zou laten om mij in een gemotoriseerd voertuig te laten rijden.

Natuurlijk was eenmaal thuis, Zoon1 zeer geamuseerd toen ik dit aan hem vertelde. Hij bulderde geruime tijd van het lachen en vond het idee van zijn moeder als chauffeur zo vreselijk grappig, dat ik wel op dat moment zeker wist dat we dezelfde genen hebben.


Vandaag ging ik met dezelfde Zoon een stuk wandelen in het bos hier in de buurt, met Hond1. Zoon2 liep uren na zijn ontwaken nog immer in slechts zijn ondergoed rond en was helegaar niet van plan zich aan te kleden, dus ik liet hem maar thuis, dat leek me beter.
Hond1 rende rond, Zoon1 en ik hadden het over het mooie weer en proefwerk dat hij morgen heeft, en aan het eind van de wandeling, kreeg Hond1 Gekte. Dat houdt in, dat hij niet meer aan de lijn wil, als een malle rond gaat rennen en dat er voor ons niks anders opzit dan rustig af te wachten tot hij gekalmeerd is, en hopen dat hij zich niet onder een auto of trein stort.
Op een gegeven moment traceerden wij hem in een bosje, waar hij zich te goed deed aan iets, wat akelig veel leek op een eekhoorn. Vol afgrijzen bekeken wij het treurige tafereel en ik braakte een beetje in mijn mond.
Iets minder goed geluimd liepen wij later met de moordzuchtige hond terug naar huis, waar wij Zoon2 nog immer in onderbroekje op de bank aantroffen. Hond1 kreeg géén koekje vanwege zijn wangedrag en ik besloot de gemoederen wat te kalmeren door op de bank te lunchen met de jongens en een film op te zetten. Dat waren een zeer rustige twee uurtjes, waarin ik wellicht ook een klein slaapje deed.

Daarna was het over met de rust, omdat Zoon2 met zijn strijkkralen aan de slag wilde. Dat is natuurlijk een heel leuk en zondags idee, ware het niet dat ik geen strijkbout bezit. Woede was mijn deel. Toen daarna ook nog bleek dat het in mijn huishouden ontbreekt aan tekenpapier, deugde ik al helemaal niet meer als moeder, of mens.

Net toen ik bang was dat ik het Ganzenbord spel tevoorschijn moest halen, besloot het kind om dan maar te gaan voetballen met de buurjongen, herinnerde Zoon1 zich weer zijn proefwerk en kon ik kalmpjes op mijn terraske gaan zitten met een boekje, in de middagzon.

Aan het eind van de middag liep ik andermaal met Hond1 een blokje door de buurt, nam wederom Zoon1 mee als gezelschap en toen kwamen wij een wildvreemde mevrouw tegen. Die stapte van haar fiets. Keek mij aan en sprak de woorden:

'Ach daar ben jij. Ik zie jou altijd fietsen. Wat ben jij een strálende moeder. Ik wens je veel geluk.'
Waarna ze mij zeer vriendelijk toelachte, op haar fiets stapte en in de einder verdween.

Stomverbaasd bleef ik staan. Zoon1 maakte een gnuivend geluid. 'Stralende moeder muhhahahhaha' deed hij.
'Ja, nu hoor je het eens van een ander!!' Gaf ik hem een duw.

En met bepaald een vrolijker gemoed liep ik verder. Eind goed al goed. Iemand nog een moeder nodig? Voor geld?




woensdag 7 oktober 2015

Ook als hij alles vies en kapot maakt. Nondenju.

Mijn douche liep niet goed door. Toen ik dat doorkreeg, omdat ik tot mijn enkels in het water stond, vol met shampoo, scheerschuim en scrubcreme, want ik was eens even heerlijk uitgebreid aan het douchen, toen wilde ik eigenlijk moedeloos op mijn knietjes zakken.
Deed ik niet, want vond het nogal goor.

Dus deed ik het enige juiste:

'NONDENJUUUUUUUUU' brulde ik maar weer eens tegen niemand. Dat gebeurt de laatste tijd nogal veel.
Heel frusterend, vooral ook omdat er steeds niemand luistert. Of mij komt redden.

Stapte vervolgens uit het badje waarin ik stond, en probeerde alles weg te spoelen met de douche. Dat lukte aardig, en daarna begon ik te hatselen met zo'n zuignapdinges. En braakte bijna het bad onder.

Gaaaaadver wat zit er in zo'n putje? En waarom stond ik dat op te lossen? Ik was druk in de weer met keukenrol, chloor, en uiteindelijk was het weer goed allemaal. Ik stapte opnieuw onder de douche, want dat was nodig.

Onlangs had ik ook al zo'n akkefietje met mijn vaatwassert, die een heel vol putje had, en die ik niet loskreeg. Dat vereiste uiteindelijk ook nogal wat keukenrol, ook dat loste ik op, maar was geheel niet tevreden met mezelf hoor, neen.

Ik hou er niet van. Ik wil niet vuilniszakken verwisselen. Ik wil geen putjes ontstoppen. Ik wil niet zelf spijkers in muren slaan en bijna geëlectrocuteerd worden. Ik wil niet steeds zelf koken en ik wil dat eens iemand anders mijn kommetje wijn inschenkt, boodschappen doet of koffie voor mij maakt.
Soms ook juist niet hoor, ben in lange tijd niet zoveel alleen geweest, en het heeft zeker wel wat. Niemand die het erg vindt dat ik nogal veel suffe films op Netflix kijk, mijn badkamer, keuken en feitelijk hele huis blijft veeeeeel langer netjes dan als je de boel deelt met mannen en toevallig ben ik een proper type he.

Maar potdikke, alles wat ik zelf verpest moet ik zelf oplossen.
En alles waar ik niks aan kan doen ook.

Gisteren nieste ik mijn asbak. Het is echt wonderlijk wat daar een bende van komt zeg. Werkelijk óveral lag as en het was echt heel vies. Zou bijna niet meer roken. hahahahahaha Of niezen. Maar alla, een rondje stofzuiger en klamvochtige doekjes en ik zat er weer netjes bij hoor.

Ook had ik sinds een week een bijzonder smerige lucht in mijn koelkast hangen. Eerst ging het nog wel. Daarna moest ik mijn adem inhouden, elke keer dat ik de deur opendeed en daarna moest ik eigenlijk 5 minuten daarna ook nog stoppen met ademen. Het bleef nogal hangen.
Het was mij een raadsel. Ik heb het ding net nieuw, dus het kon niet zo zijn dat er per abuis al 3 maanden een kaasje lag te geuren of iets dergelijks. En zoveel ligt er nu ook weer niet in, aangezien mijn gebrek aan een fulltime gezin.
Uiteindelijk vond ik een speklapje. Dat er wellicht al enige tijd lag. En mij niet echt was opgevallen tussen de danoontjes, Gelderse gekookte worst en een fleske wijn. Gaaaaadver, braakte ik wederom bijkans mijn keuken onder.
Pakte het smerige pakje, deed het in een plastic tas en heb het ergens ingegooid. Buiten. Ver van mij vandaan.

En de vloer in keuken staat bol. Zoon1 merkte het als eerste op. En daarna begreep ik niet dat ik het niet eerder gezien had.
Ik klaagde er luidkeels over tegen de Echtgenoot (anders luistert hij niet, zoals het een (ex)Echtgenoot betaamt, denk ik). En hij vond het waarlijk vervelend voor mij, las ik tussen de ongezegde regels door.

Vandaag kwam de man Hond1 brengen, ik serveerde hem koffie, en hij bekeek zo eens mijn vloer. Hij heeft die eigenhandig gelegd, en er was de afgelopen weken niks op aan te merken, maar nu is er dus van alles scheefs en bol-staands gaande. En het is al niet een keuken uit een boekje he, het is feitelijk een schuur met een aanrecht erin, waar ik allerlei leuks aan de muren heb gehangen.
'Tja, niks aan te doen '. Zo sprak de man opbeurend.

'Maar ik heb nog wat planken liggen, kun je die dan niet eventjes vervangen of zoooo?' Was ik heel praktisch, vond ik zelf.
Zo bleek het niet te zijn.

'Er zal iets mis zijn gegaan met water en in hoeveelheden. Helaaaas'. Zo was de conclusie van de man, die als ik het me goed herinner, ooit eens op zijn knieën is gegaan voor mij. Dingen veranderen he.

Gelukkig had ik niet lang de tijd om er treurig van in een hoekje te gaan zitten. Ik ging de Zonen ophalen van school, teneinde ze weer lekker een paar dagen bij me te hebben. Er was ruzie, er was gedoe om de laptop en er was een Hond1 die hysterisch mijn kussentjes van de bank probeerde te slopen. Maar ik kookte zo wat broccoli, begreep dat ze bij pappa veel vaker lekker patat en pannenkoeken eten, wat ik heus niet geloof, paaide ze met een ijs-toetje en we hadden een gesprek over onze huisvesting.

Persoonlijk ben ik best blij met mijn huiske en had het idee dat de jongens zich hier inmiddels wel thuis voelen ook.
Zoon2 echter vond het nodig om mij te laten weten dat hij liever in het huis van pappa woont en dat het tijd wordt dat ik daar naar terugkeer.
Zoon1 vindt 'thuis' ook wel leuker, maar 'mamma's huis' ook best wel leuk.

Ja, ik knap enorm op van mijn kinderen. Ze verrijken mijn leven en ze geven zoveel troost. En ik zag vanmiddag voor de derde keer de film Shrek, gezellig op de bank met de Zonen en popcorn. Die Shrek heeft het goed voor elkaar als je het mij vraagt. Hij heeft een moeras-huis, waar ik me best mee identificeer, en de liefde van zijn leven helpt hem waar ze kan. Ook als hij alles vies en kapot maakt.

maandag 5 oktober 2015

Slecht karma, de trein en plokplok geluidjes.

Er is iets goed mis met mijn karma, inzake elektronica, als je het mij vraagt.

Overleed onlangs mijn radio, begaf het toetsenbord van mijn laptop het en, weliswaar niet elektronisch, maar gaf mijn wc-bril het leven op, ging vandaag mijn telefoon ter ziele.

Het oplaad-dinges-gedeelte was al langere tijd een doorn in mijn oog, vanwege laad-problemen. Op een fraaie zaterdagochtend een paar weken geleden, was ik het zo spuugzat, en had nog maar 8% batterij, dat ik eerst in woede ontstak, daarna aan de Zonen uitlegde waarom mamma helegaar niet vrolijk was, wat ze heel goed begrepen, en daarna een mes pakte.

Met het mes poerde ik zo wat in de onderkant van telefoon, waar eigenlijk een klepske hoort te zitten, wat ik daags nadat de telefoon de winkel had verlaten al verloor wegens afbreking.
Ik prikte en rommelde zo wat in de opening van het ding en probeerde daarna weer op te laden. En dat lukte!

Vreugdevol deed ik een dansje, zag mijzelf in telefonie werken en beroemd worden wegens verregaande creatieve inzichten inzake oplaad-problemen, liet de jongens mij becomplimenteren, deelde ijsjes uit en was in mijn nopjes.

Tot een paar dagen geleden het ding weer kuren kreeg. Opladen bleek geen kwestie meer van palletje in dinges steken, maar vroeg om opperste concentratie, een vaste hand en stalen zenuwen. Werd er zeer nerveus van. En ook een beetje woedend.

Gisterenavond had ik een zeer vermakelijke avond, waarop ik misschien een paar kommetjes wijn nam, in zeer leuk gezelschap verkeerde en vanwege leuke gesprekken mijn telefoon niet echt gebruikte. Daarom was vanmorgen pas het moment van opladen aan de orde.
De vaste hand was wat afwezig, maar mijn zenuwen waren kalm en verdoofd en ik pakte mijn opladert, deed die in de telefoon, laden was niet aan de hand, dus trok de lader weer los, en.... nam het gehele binnen-laad-gebeuren mee naar buiten.
Daar viel niks meer op te laden, te repareren met messen of anderszins, dat zag ik meteen wel met mijn geoefend oog.

NONDENJU! Brulde ik naar niemand.

Appte als een wilde al mijn belangrijkste contacten dat ik offline zou zijn, zette het op Facebook, want dat doe je nu eenmaal, nam koffie, sigaret, en keek vol afgrijzen naar het afnemende percentage batterij.
De reacties op mijn tragische nieuws waren wisselend. Van medeleven en sympathie (Vriendinnen) tot 'Vaarwel'. (Mijn vader) En 'Het ga je goed, tabee' (Zuske). Allicht grinnikte ik daar een weinig om.

En ik huilde een beetje ook. Och, mijn telefoon. Boeheoeoeoe. Het is wellicht treurig ende oppervlakkig, maar toch. Boehooeoeoee.

Vanmiddag toog ik evenwel naar Vriendin2, die dezelfde telefoon in haar bezit heeft. Wij wisselden van batterij, zodat ik even kon kijken wie mij ALLEMAAL bericht had in de leemte van mijn lege telefoon, en zodat ik mijn batterij in haar telefoon kon opladen.

In de tijd die dat kostte, ging ik even drie deuren verderop naar het huis van de Echtgenoot. Daar trof ik zijn Verkering1 aan die heel huiselijk aardappels stond te schillen, daar lachte ik heel hard om, zij schonk mij een wijn. Het is een goede Verkering, vind ik.
Zoon1 vertelde van zijn succesvolle boekbespreking, ik leende lenzenvloeistof, verwelkomde vervolgens heel ouderwetsch de Echtgenoot vanaf mijn ex-balkonnetje en zag dat hij met zijn ogen rolde. De Zonen kregen ruzie, en ik ging dus maar weer eens.

Gisteren was ik ook al daar in mijn oude huis. Vanwege omdat de Echtgenoot en De Verkering terug kwamen van hun vakantie in Italië en ik ze bij wijze van welkom Zoon1+2 deed toekomen, alsmede Hond1. Ik kreeg cadeaus en bekeek de zonnige foto's. Feestelijkheid alom. De stemming zat er bij mij goed in hoor.
Natuurlijk ook omdat ik nog in het ongewisse was van het elektronische drama dat mij daags daarna te wachten zou staan.

En vanmiddag zat ik in Beverwijk. Ik had daar een afspraak, waar ik niet echt van opknapte, maar alla.

Na een half uur liep ik terug naar het station, en stapte de trein naar Haarlem in. En reed fluks mijn Dorp voorbij, waar ik eigenlijk uit had willen stappen. Aangezien ik daar woon.
Maar het bleek een Intercity trein potdikke.
Aldus stapte ik in Haarlem in de stoptrein terug en vond mezelf niet de slimste ter wereld, maar ach, ik vertel het gewoon aan niemand.

En vanavond at ik pizza. Aangezien ik een paar dagen kinderloos ben, na bijna twee weken mét kinderen en nogal veel gezond gekook achter de rug heb.
Het is behoorlijk stil in huis. Ook al zonder de 'plokplok' geluidjes van aaaaaaal mijn WhatsApp vrinden. Ik voorzie een rap ritje naar de Samsung winkel. Dit is toch geen leven.






donderdag 1 oktober 2015

Precies drie kwartier later. En alles was wel weer goed.

Die keer dat ik zo vroeg wakker was en alles, gisteren ja, dat is alweer allang voorbij hoor. Vanmorgen werd ik ouderwets gewekt door een ontstemde Zoon1, die mij zo luidruchtig uit bed trommelde, dat Zoon2, die heerlijk naast me lag, zich kapot schrok en vervolgens tot niks meer in staat was, volgens hemzelf.

Aankleden ging niet lukken. Tandenpoetsen al helemaal niet. Laat staan een boterhammetje eten. Wat wél lukte, kennelijk, was schreeuwen en zijn broer vervloeken.

Tussen al het tumult door probeerde ik me nog soort van te douchen en aan te kleden en dacht in mijn 3-minuten-douche-tijd uit alle macht aan witte stranden en wuivende palmbomen. Niet dat ik die ooit in het echt heb gezien, maar het schijnt te werken, zulks een voorstelling in je hoofd, in tijden van drama en lawaai. (Alle ochtenden hier thuis dus).

Volledig wakker inmiddels, toog ik naar beneden om het ontbijt te maken voor mijn tierende nageslacht.

Zoon1 kwam naar beneden zonder schoenen. Zoon2 kwam naar beneden mét schoenen, met alle veters in een soort gruwelijk uitziende verwarring.
'Jongens, doe je schoenen gewoon aan, werkelijk!'

'IK HEB MIJN SCHOENEN AAN, DOE NIET ZO BRUTAAL!' Kwam Zoon2 olijk uit de hoek. Zonder zelfs ook maar een onderbroekje aan.

'WAAR ZIJN MIJN SCHOENEN DAN?'Bulderde Zoon1, terwijl hij precies anderhalve centimeter van zijn schoeisel vandaan stond.

Zuchtend schotelde ik bammetjes met pindakaas voor, wat natuurlijk precies het verkeerde was.
Melk en sap was ook al niet de bedoeling.

En of hij een tosti of een noodlesoep mee naar school mocht voor de overblijf? Wilde de schoenloze weten.

Dat is namelijk zo wat. De overblijf op school, heeft voor de groepen 7 en 8 het leuke idee, om twee keer per week een Tosti-dag te hebben, of een Noodle-dag. Eeeeenig idee. Dus maakte ik maandag als welwillende moeder voor het kind een paar boterhammetjes met ham én kaas klaar, gereed om in de tostimachine te stoppen.
(Het viel hem alles mee dat ik ze niet al reeds thuis in de machine had gedaan en hem koude kleffe tosti's had meegegeven, zo vertrouwde hij me later toe. Dat zou namelijk 'typisch iets voor jou zijn mamma'). En voor de dinsdag had ik een bak Noodle-dinges meegegeven. Omzichtig had ik een smaak uitgezocht waarvan ik dacht dat ik er geen ellende mee zou krijgen. Kip-Garnaal was het. Godzijdank bleek dat precies goed.

Echter was dus vandaag de wens om weer iets van dat soort mee te krijgen. Waarop ik een verhaal begon af te steken over geniéten van zulke bijzonderheden. Dat het een speciále traktátie moest zijn. En dat hij vandaag gewoon bammetjes met worst mee zou krijgen.

Ik hield mijn adem in zeg.
Maar het werd geaccepteerd. In die zin, dat het kind me even vuil aankeek, iets mompelde van mopperende aard, maar niet in wild gehuil ontstak.
Meevallertje als je het mij vraagt.

Intussen was Zoon2 nog steeds niet aangekleed behalve zijn kluwen schoenen, had ik buiten het ontbijt om nog niks klaar gemaakt qua tussendoortjes of anderszins schoolesque aangelegenheden en had ik dringende behoefte aan koffie.

Ik besloot tot ontspanning.
Nam een koffie, ging buiten zitten en negeerde de ontsteltenis van de Zonen.

Vanuit buiten hoorde ik wat overleg en broederlijke saamhorigheid over hun vreselijke moeder.

En ik keek naar de roze lucht in de verte. En ik was me even pijnlijk bewust van mijn leven.
Zo is het nu. Zo gaat het zijn. De jongens en ik. De jongens tegen mij. Ik tegen de jongens. De jongens met mij en ik met de jongens.

Ik dronk mijn koffie en vond het voorts alweer te vroeg voor zulke overpeinzingen. Zo ben ik dan ook wel weer.

Toen ik weer binnen kwam, stond Zoon1 klaar om naar school te gaan, schoenen en al. Hij ging zelf maar alvast, of dat goed was?
Leek mij een uitstekend plan. Ik zou zijn tas met inhoud later wel even nabrengen. En of ik dan in godsnaam niet door de ramen wilde zwaaien.
'Nee liefje' was ik zoet.
Kreeg zowaar een kus.

Zoon2 besloot prompt ook tot meewerken, trok zijn schoenen uit, kleding aan, en nadat ik de veters ontward had, ook weer wat aan zijn voeten.
Ik maakte de tassen klaar. Nam Hond1 mee. En buiten scheen de zon, en achterop de fiets begon het kind een liedje over een reus, en alles was wel weer goed.
Toen was het bijna half negen. Precies drie kwartier na het ontwaken die ochtend.