zaterdag 5 februari 2022

De stoelen, de toekomst en het bier.

'Nah, ik voel me wonderlijk goed' kwam Zoon1 vanmorgen monter naar me toe terwijl ik nog heerlijk in de echtelijke sponde lag. Het was vroeg, want het kind ging werken, ik niet, dus ik lag er nog in. Nou, dat vond ik fijn om te horen, zeker op dat tijdstip, waarop er doorgaans met deuren wordt geslagen.
'Ja, want ik heb toch best veel biertjes gedronken gisteren.' Sprak het minderjarige nageslacht.
Nou, dat vond ik reuze gezellig voor het kind, zo deelde ik hem mede. En gaf hem wat moederlijk advies over een colaatje en een lekker goed broodje. Ja, voor opvoedkundig advies kunt u gerust uw kind naar mij sturen.
Met een mengeling van trots (kind van zijn moeder, bovendien eerlijk naar zijn moeder) en twijfel (minderjarige hersenen nog in ontwikkeling, bovendien erg eerlijk naar zijn moeder) wentelde ik mij nog maar even in mijn nieuwe donzen dekbed. En bedacht mij dat ik inderdaad midden in de nacht wakker was geworden door een prikkende vinger en een flitslicht van de telefoon in mijn ogen. Het was Zoon1 die vrolijk op mijn bedrand zat, en meldde dat hij thuis was. Ik vind dat een fijne gang van zaken. Ik ben niet zo'n moeder die handenwringend in de huiskamer zit te wachten tot een Zoon veilig thuis is, maar weten dat het wel het geval is, dat kan ik zeker waarderen.

Vervolgens probeerde ik uiteindelijk maar het bed te verlaten. De Man was ook al reeds de deur uit en Zoon2 wenste wel een ontbijt. Met een hoop gedonder en misschien een beetje gevloek stapte ik de woonkamer binnen.
Dat komt namelijk zo... Ik heb een nogal suffe klapper gemaakt van de week. Uit het niks en nergens om, sloeg ik al struikelend tegen de vlakte, daarbij mijn voet zó verkeerd neerzettend, dat ik de volgende dag naar het ziekenhuis moest. Eerst dacht ik dat het nog wel meeviel, maar toen het allemaal zo erg dik en pijnlijk werd, moest ik toch maar foto's laten maken en zulks. Lang verhaal kort, gescheurde enkelbanden, krukken, een interessant schouwspel van zwellingen en kleuringen en zelfs uit bed stappen is een gedoe.
Ja, lekkere timing. Wekenlang zat ik thuis vanwege lockdowns en quarantaine, in blakende gezondheid van lijf en leden. En hét moment dat ik fijn weer achter de bar kon, voor gezelligheid en salaris en zo, zit ik met het been omhoog. En moet er verhuisd worden.

Maar dat was heus niet alles hoor.
Namelijk een dag na mijn noodlottige neergang, togen de Man en ik naar NoordHollandNoord om bij de Notaris eens even een duchtige handtekening te zetten. Ik verheugde mij al op de champagne die wij zouden drinken na dit volwassen uitstapje.
Niks van dat al hoor. Vlak voor het tekenen verbleekte de Notarismevrouw, mompelde dat ze wat moest uitzoeken en verdween voor een kwartier. Bij terugkomst bleek er een behoorlijke kink in de kabel. Ons nieuwe huis stond onder beslag. De oude eigenaar had her en der kennelijk wat rekeningen niet betaald en een boze schuldeiser had beslag gelegd.
Dat was niet het feestelijke moment waar ik een foto van wilde maken. De Man en ik keken elkaar paniekerig aan boven onze mondkapjes en na wat verdere uitleg en geruststelling (Alleskomtgoedheuswaar) van de Notaris, konden wij huiswaarts keren. Zonder huis, maar met een zwaar gemoed. Nu zijn wij geen sombere types, dus we schoten niet direct in een depressie, maar we schonken ons een kalmerend kommetje in en wisten niet zo goed wat te zeggen.

Alles is goed gekomen, dankzij goed werk van slimme mensen en twee dagen later reden we wederom die kant op, om ditmaal thuis te komen met sleutels en een contract dat vele tonnen heeft gekost. Een mens zou voor minder een gat in de lucht springen. Die eer was voor nu aan de Man besteed, omdat ik anders misschien ook wel mijn nek zou breken. Ik reken overal op tegenwoordig.

Daarna hield het feest aan, want Zoon2 moest nog trakteren op school sinds hij een maand geleden jarig was geweest. Hij had er specifieke wensen over die ik maar respecteerde, want, zo bedacht ik mij huilerig; het zou de laatste keer zijn.
Zestien jaar lang ben ik minimaal twee keer per jaar bezig geweest met traktaties. En dat waren nog maar de verjaardagen. Op het kinderdagverblijf, de peuterschool, de basisschool, de zwemles en de voetbal. En dan waren er nog het afscheid van de diverse educatieve instellingen. De verhuizingen die gepaard gingen met een kartonnen huisje met een doosje rozijntjes erin. De viering van nieuwe broertjes en zusjes en zelfs een keer dat Zoon2 er op stond om te vieren dat er weer eens een tand uit zijn bakkesje was. Ik heb me gek gevouwen, gesneden, gekleurd, gebakken en gesmeerd, krulletjes om briefjes gehangen en gezichtjes op druiven getekend. Deze laatste keer bleef het bij een vrolijk bakje, gevuld met glutenvrije -en vegan snoepjes. Dit schreef ik niet met droge ogen.
Ik ben dankbaar voor het feit dat het grootste deel van hun trakteer-bestaan, de Zonen nog met roze koeken konden aankomen waar ik een olijk snuitje op had gesmeerd met chocola.
Evenzogoed was het de laatste keer. En daar dacht ik lang over na.

Om het tranentrekken nog even door te voeren, nam ik afscheid van mijn lievelingsstoelen. Zeven jaar geleden, op het dieptepunt van mijn bestaan (jaja) kreeg ik van lieve vrienden van mijn ouders, een paar stoelen, zodat ik mijn arme billekes niet op de koude grond hoefde te vleien. (Ik schreef nog net niet, dat ik in lompen was gehuld en zwavelstokjes verkocht, dus geen postume zorgen.) Het waren twee fraaie, vintage stoelen in een groene stof. Waarschijnlijk best geld waard, maar ik wilde liever zitten dan eten in die tijd. En dun dat ik was. Jarenlang zat ik daarop aan tafel, at ik met de Zonen, met daarna terecht vervlogen semi-liefdes, keek ik Netflix, dronk ik kommetjes en lachte ik heel hard met de Vriendinnen. Ik verhuisde ze mee naar het Boshuisje en daar zat ik erop met De Man en moest vaak zo hard lachen dat ik er misschien wel eens op geplast heb zelfs. Er viel eten op en uiteindelijk waren ze niet meer zo mooi. En toen kwam Het nieuwe Huis. En was het tijd voor nieuwe stoelen. We kochten zes oude kerkstoelen en die werden van de week bezorgd. Heel erg leuke en ze zitten goed en staan mooi. Maar ik zat nog steeds op mijn groene. Gisteren draaide de Man een treurig muziekje en vond het tijd dat ik afscheid nam. Hard huilend viel ik in zijn armen, daar schrok hij wel een beetje van hoor, dat merkte ik wel. Hij schonk rap een kommetje wijn voor mij in en vermeed het onderwerp 'stoel' angstvallig.
Maar vandaag was ik sterk en volgens de norm normaal, en ik verruilde de twee. Ik ging zitten en dit stukske schrijven.

En net als alles weer een beetje volgens het conventionele ging, kreeg ik een appje van Zoon1, die een beroepskeuzetest had gedaan. Hij moet immers komend jaar examen doen en een studie gaan kiezen. Met veel capslock en uitroeptekens kreeg ik het bericht: PAARDENFLUISTERAAR!!!! Dat was uit de, serieuze, online test gekomen. (Zoon1 heeft denk ik nog nooit een paard vriendelijk aangekeken.)
Nadat ik mijzelf weer van de grond had geraapt, waar ik op was gevallen van het lachen (en dat met mijn blessure), appte ik het kind terug dat ik ook wel graag het linkje van de test zou willen. Met een goed gemoed deed ik de test, wie weet wat de toekomst voor mij in petto had immers.
SPORTINSTRUCTRICE!!! Kwam eruit.

Zoon1 en ik moesten bijkans aan de beademing. (Het behoeft geen uitleg, als iemand mij ook maar een beetje kent.)

Tot zover zijn academische toekomstplannen en mijn eventuele carriere wijziging, waar ik toch al niet op zat te wachten. Geef mij maar lekker tien bier op de tap en zeker geen sport.
Wat dat betreft lijkt Zoon1 nog meer op mij dan ik al dacht.